zaterdag, december 24, 2011

Literair dagboek: Twintig jaar terug (1)



De laatste week van het jaar is traditioneel de periode van terugblikken op het nieuws van het afgelopen jaar. Ik doe daar even niet aan mee. De waan van de dag dringt zich al veel te vaak op schreeuwerige wijze aan ons op. Ik ga voor de verandering maar eens twintig jaar terug in de tijd. In de dagen dat Stella in Düsseldorf werkte en ik in Dordrecht. Een periode waarin ik, achteraf tot mijn eigen verbazing, geloofde dat binnenkort de Derde Balkanoorlog zou uitbreken en waarin een stagiair afscheid nam die heel goed bleek te zijn, maar die ik mij absoluut niet meer voor de geest kan halen. Notities waar geen plaats bij staat zijn in Dordrecht geschreven. Tja, de herinnering...ik heb het eerder gezegd: hoe vroeger de herinnering, hoe groter het fictionele gehalte. En wat in onderstaande notities fictie is of werkelijkheid? Ach, is dat in de literatuur belangrijk dan?



Zaterdag, 19 december 1992:

Düsseldorf

Gisteren ben ik hierheen gereisd. Ik blijf tot donderdag, wanneer we met Menelaos, Stella's jongste broer, naar Dordrecht rijden voor de kerst. Liever was ik thuisgebleven na een vermoeiende laatste schoolweek, maar Stella heeft geen vrije dagen meer en alleen zitten doen we toch al te vaak. Ik hoop dat het de komende twee weken in Dordt heel veel zal regenen, dat houdt die pestmannetjes met vuurwerk een beetje van de straat.


Het was me de week wel. Woensdag na de ouderavond naar de verjaardag van Bep van Gorkom gegaan. Voor een pilsje, maar het was half vier toen ik thuiskwam. Donderdag met Lupius bij Balistreri gegeten. Omdat Costa 'd Oro twintig jaar bestond was er een alleraardigst bandje dat zowel muziek van Ry Cooder speelde als jiddische muziek. Na afloop was Lupius zo verstandig mij naar huis te sturen. Gisteren na schooltijd hebben we vast het sjouwwerk gedaan voor het 'nieuwjaarsontbijt.' Dit keer zijn de secties geschiedenis en natuurkunde aan de beurt om het te verzorgen. Ik houd niet zo van dit soort 'leuke dingen,' maar ik vind het toch lullig om mij eraan te onttrekken. Ook afscheid genomen van Roland v.d. P., die zes weken lang tot ieders tevredenheid stage bij ons heeft gelopen. Hij heeft behoorlijk wat werk verzet, goed lesgegeven en een leuke band met de leerlingen opgebouwd. Wordt een goede collega naar het zich laat aanzien. Als afscheidscadeau kreeg hij een fles schoolwijn en een boekenbon, wat we nooit eerder bij een stagiair hebben gedaan. Hij trakteerde mij op een literfles La Choufe in cadeauverpakking


Maandag, 21 december 1992:

Düsseldorf

Begonnen aan mijn artikel over Burenruzie op de Balkan van Raymond Detrez. Ook een verkwikkende wandeling gemaakt langs de Rijnoever. Vooraf met de U-Bahn naar het station om een Nederlandse krant. Omdat ze alleen De Telegraaf en het Algemeen Dagblad hadden, is het uiteindelijk The Independent geworden.


Op het vliegveld van Faro is een Nederlandse DC10 verongelukt. Dat betekent treurmuziek op de Hollandse radio, om de tien minuten de stem van een verslaggever die niets méér te melden heeft dan wat we om tien uur vanmorgen, nu drie uur geleden, ook al wisten en de EO, die een telefoonnummer omroept dat we kunnen bellen om geestelijk verzorgd te worden. Mocht ik ooit een ramp meemaken en het overleven, dan in 's hemelsnaam daarna geen meelijdende christen aan mijn hoofd! Het is natuurlijk verschrikkelijk voor de betrokkenen, maar juist daarom moet je niet de godganselijke dag allerlei speculaties rondtetteren, terwijl niemand nog precies weet hoeveel slachtoffers er zijn. Treurmuziek of niet, het gaat uiteraard om de sensatie en de luistercijfers.


Vrijdag beloofde B. mij per expresse een paar extra exemplaren van zijn krant, de Elliniki Gnomi (Griekse Mening) te sturen, maar het is nu één uur en er is nog niets bezorgd. Of hij heeft maar wat geroepen, of er deugt weinig van de post. Noch in B. noch in de P.T.T. heb ik groot vertrouwen.


Gistermiddag met Stella naar het vernieuwde Café du Nord geweest, maar de verbouwing is geen succes. Het is schreeuwerig, minder intiem en veel minder gezellig geworden. Ze hebben er een soort stationsrestauratie van gemaakt. Stella vindt het mooi, maar ik ben te veel verslingerd aan het Hollandse bruine café.


Zaterdagavond was er een feestje van de vereniging van Griekse leraren bij het voortgezet onderwijs hier in Düsseldorf. Stella zag er nogal naar uit. Bij de gewone Griekse feesten (meestal in de school aan de Kikweg) komen voornamelijk eenvoudige dorpelingen (en hele mooie, opwindend geklede meisjes). Nu had ze het idee dat we in een interessanter gezelschap zouden terechtkomen. Een gesprek was echter niet te voeren vanwege de keiharde muziek, het eten bij restaurant Atrium was zeer matig van kwaliteit en de wijnkeuze beperkt. Bovendien werd de wijn tegen oplichtersprijzen verkocht. De helft van de menukaart was niet voorradig. Teleurgesteld zijn we na afloop wat gaan drinken bij een collega Engels, ook een Stella, die is getrouwd met een kolonel van de Griekse luchtmacht. Een aardige man hoor, die kolonel, maar ook niet iemand waarmee je een diepgaand gesprek kunt voeren. Hij bewaart zijn rode wijn in de koelkast.


Gisteravond Frau E. op visite. Ze bracht een leuk cadeau mee: een boekje met foto's van ons verjaardagsfeest, maar mijn hemel, wat was het gesprek weer lood en loodzwaar en klagerig. Een zwaarmoedig geneuzel in zinnen van een halve pagina lang.


Dinsdag, 22 december 1992

Düsseldorf

Gisteren op Hilversum 1, hier goed te ontvangen sinds Stella een nieuwe geluidsinstallatie heeft, de hele dag eindeloze en veelal nietszeggende berichten over de jongste vliegramp. Nu zo'n irritant inbelprogramma. Mogen we naar de mening van 'de mensen' luisteren. 'De mensen' hebben zelden of nooit een mening die de moeite waard is en zeker niet over een vliegramp ver weg. Een CD-tje opgezet. Ik kan niet tegen die programma's waarbij je naar al dat gefrustreerde geroep van overspannen types moet luisteren of naar het blatante onbenul van een bakkersmeisje.


De ruwe versie van het stuk over Detrez is af. Ik zou hier ook een computer moeten hebben. Met de hand schrijven is rustgevend en zeker niet onaangenaam, maar het schiet niet op. Als ik een aardige prijs win in de oudejaarsloterij, koop ik er een draagbare computer bij, maar ik hoor nu eenmaal niet tot de geboren winnaars.


De expressezending van B. is er nog steeds niet. Hij heeft mij driemaal verzekerd dat hij de kranten heeft verstuurd. Er zal iets zijn misgegaan bij de P.T.T. Dat krijg je met die malle privatisering.


Straks arriveert Menelaos. Hij blijft een week. Misschien wordt het wel de laatste kerst voor de oorlog, denk ik weleens. De fascist Milosevic lijkt zich in Belgrado door fraude van een verkiezingsoverwinning te hebben verzekerd, waarmee de kansen op een Balkanoorlog sterk toenemen. En als er een Derde Balkanoorlog komt is het helemaal niet denkbeeldig dat de Grieken zo dom zullen zijn om de kant van Servië te kiezen. Ongetwijfeld met fatale gevolgen.


Maandag, 28 december 1992:

Düsseldorf

In Dordrecht kerst gevierd. Eerste kerstdag het traditionele etentje bij mijn ouders. De tweede dag Amsterdam laten zien aan Menelaos. Indiaas gegeten. Ook Herbert B., onze Amsterdamse Dordtenaar, was van de partij. Gisteren naar de mooie tentoonstelling De zichtbare wereld, in het Dordrechts Museum, geweest. Daarna met Wim en Vera W. en de Heeren geborreld in De Tijd. Nederland bevalt Menelaos beter dan Duitsland. Mij ook. Alleen al die doodsaaie architectuur in Düsseldorf. Woensdag vertrek hij, donderdag rijden Stella en ik terug naar Dordrecht. We lopen zo wel het grootste deel van de week het geknal van vuurwerk mis. Al die groepjes kwallerige pubers die de stad onveilig maken. Oud en Nieuw vieren we bij Archie en Petra W.


Toen we in Dordt aankwamen lag er een stapel kerstpost, maar ook een uitnodiging voor een sollicitatiegesprek op de Hogeschool Rotterdam. Dat verraste mij. Ook de Gnomi was er. Het interview en het verslag van mijn lezing zijn niet helemaal geslaagd: kleine correcties vergeten, steekjes laten vallen, maar geen rampzalige fouten. Tussen de kerstkaarten een brief van Hero Hokwerda. Hij stelt voor dat ik een hoofdartikel schrijf voor Lychnari over de Klein-Aziatische Katastrofe. Dat wil ik wel doen, maar ik heb er wat tijd voor nodig. Ik heb het septembernummer voorgesteld. Dan is de deadline zo rond 1 juni.


De expressezending van B. is volgens een briefje van de Duitse post aangekomen en af te halen op het kantoor in de Kalkumerstrasse. Daar was hij onvindbaar. 'Gewoon besteld,' concludeerde de plaatselijke Gerrit de Duif, maar bij thuiskomst bleek de brievenbus leeg. We doen verder geen moeite meer voor al die mosterd na de maaltijd. Vanmiddag belde B. Hij wil dat Stella en ik kennismaken met de nieuwe hoofdredactrice. Dan moeten we het meteen maar eens over het honorarium hebben.


Een verbazend bericht van de forumredactie van het NRC-Handelsblad: mijn artikel over Macedonië, een reactie op de demagogische stukken van Peter Michielsen, wordt geplaatst, al is nog niet helemaal zeker wanneer. Als het maar geen belofte à la de Volkskrant is.



(wordt vervolgd)



©Kees Klok, Dordrecht



1 opmerking:

Femia Jantzen zei

Heerlijk om te lezen! Twintig jaar geleden. 1992 klint zo bij de tijd, maar nee. Lees het nog eens rustig over vanavond, met een sigaartje.