woensdag, november 14, 2012

Onbeschofte boerenlul


Na zonsondergang werd het te fris om buiten te zitten in het park, bij Xarchákos, maar Loxias vond ik nog gesloten. Ik weet wel dat die op zondag pas om acht uur 's avonds open gaat, maar je kunt er weinig peil op trekken, soms zijn ze gewoon de hele zondag open. Nu staarde het rolluik mij vijandig aan en ben ik doorgelopen naar het Varken. Ik ben de enige klant. Of dat door de crisis komt of doordat PAOK voetbalt en hier geen televisiescherm is, weet ik niet, maar van tijd tot tijd houd ik wel van een rustig café, waar ik ongestoord kan lezen of schrijven. Het meisje dat er al jaren bedient en waarvan ik de naam steeds vergeet, vraagt mij, als ze de koffie brengt, of ik een asbak wil. Ik antwoord dat ik graag een asbak wil en steek een pijp op.

Na de koffie bestel ik een half litertje rode wijn. Die is van Aidarini uit Goumenissa, een oud-leerling van Stella. Dat heeft het Varken zelf mij onlangs verteld. Een mooie, volle wijn voor maar een handvol euro's. Ik begrijp niet waarom ik zo zelden wijnen uit Griekenland in de Nederlandse schappen zie. In het buitenland doen Grieken het vaak goed in het zakenleven, daarvan heb ik verschillende, sprekende voorbeelden in mijn familiekring, maar zodra ze opereren binnen de grenzen van hun eigen land lijkt een verstikkende deken van inefficiëntie en bureaucratie menig initiatief te smoren.

Ik schrijf weleens over Griekenland. Op mijn weblog, in een tijdschrift of in een krant. Dat laatste niet vaak, want als een redactie een stuk over Griekenland en keer 'actueel' vindt, dan willen ze erin knoeien zonder overleg. De redactie maakt uit, de schrijver heeft het nakijken. In zo'n geval maak ik ruzie. Ooit voegde een bureauredacteur van Spiegel Historiael zonder overleg een zin toe aan een stuk van mij. Hij zette er een Griekse koning in die voor het artikel geheel irrelevant was, omdat hij in een andere tijd leefde. Ik vind zo'n redacteur een onbeschofte boerenlul. Dat zette ik niet in de brief waarin ik bij de hoofdredacteur bezwaar maakte. Die stuurde een lacherig antwoord in de trant van 'jongen maak je niet zo druk.' Voor zo'n tijdschrift schrijf je niet meer zolang een dergelijk stel aan het roer staat. Als ik het over Griekenland heb, voel ik mij weleens een roepende in de woestijn. Veel Nederlanders wentelen zich nog in de modder van vooroordelen en halve waarheden die een deel van de media, de Telegraaf voorop (altijd voorop als het om leugens en halve waarheden gaat) rondtettert. Er valt niet overheen te schreeuwen, ze blijven de onzin geloven.

Ik kijk naar het meisje dat bedient, dat hier dagelijks tien uur per dag rondloopt voor misschien twintig euro. Daar moeten haar huur en de paniekbelastingen nog vanaf. Daarom gaat ze na die tien uur werken in een nachtcafé. Soms maakt een 'facebookvriend' zo'n stompzinnige Hollandse grap over de Grieken ('Dertig miljard naar Griekenland en mijn grootmoeder naar de voedselbank.'). Zo iemand gooi ik onmiddellijk uit mijn bestand. Al was het alleen al voor dat meisje.

©Kees Klok


1 opmerking:

Paul K zei

Vandaag zag ik een Facebook vriend die een artikel van de Gouden Dageraad had geplaatst. Direct verwijderd dus. De jeugd is de toekomst, dus dat meisje, en mat haar alle meisjes en jongens, moeten door de nadenkenden beschermd worden voorzover het mogelijk is.