zondag, juni 22, 2014

Decolleté




Ik zit wat onthand aan de bar van een etablissement ter stede. Een café waar ik niet zo vaak kom, maar waar een aardig ogend meisje borden wast. Dat zie ik door een luik in de achterzijde van de bar. Het is een eetcafé. De bar wordt bediend door een ander aardig ogend meisje, maar ze moet van haar baas steeds vragen of ze nog iets voor mij kan 'betekenen.' Als ik daar eerlijk op zou antwoorden, word ik de zaak uitgezet en dient men misschien wel een aanklacht in. De baas zat in het jaar onder mij op de middelbare school. Hij heeft een baard en nog al zijn haar, maar hij herkent mij niet. Ik ben wat onthand omdat mijn stamcafé wegens vakantie gesloten is. Dat is een van de eigenaardigheden van mijn stamcafé. Gewoon midden in de zomer en het terrasseizoen een maand dicht. Dan hoeven er geen ingewikkelde afspraken te worden gemaakt over wie wanneer en er hoeft geen aardig ogend meisje te worden aangetrokken via het uitzendwezen om iets voor de klanten te betekenen.

Het voelt als een kleine ramp. Horeca genoeg in Dordrecht, waarover de stamgasten zich verspreiden. De een gaat hier, de ander elders zijn borrel halen, of blijft thuis. Ik ben mijn vertrouwde praatje kwijt, met de vertrouwde mensen, op mijn vertrouwde tijd, in een vertrouwde omgeving waar ik al meer dan veertig jaar kom. Ik kan daar slecht tegen. Het is alsof een stukje van mijn wereld uiteen is gevallen. 'Kom Kees, het is maar tijdelijk,' houd ik mezelf voor. En dat ik niet zo moet overdrijven. Ik heb tenslotte een meisje dat iets voor mij wil betekenen.

Hoe vertrouwd de stamgasten ook zijn, ik heb van vrijwel niemand een telefoonnummer. Een enkeling heeft zelfs geen mobiele telefoon. Afspraken van tevoren hebben we niet gemaakt. Het is alsof je een tornado ziet aankomen en denkt: dat kan niet, dat gebeurt hier niet. Daardoor wacht je lijdzaam af en tref je geen enkele voorbereiding. Mijn stamkroeg gaat iedere zomer een maand dicht, maar wij blijven denken: dat kan niet, dat gebeurt hier niet. Het meisje buigt zich naar mij toe en gunt mij gul een blik in haar decolleté. Op ietwat samenzweerderige toon vraagt zij: 'Kan ik nog wat voor u betekenen, meneer?' Van al die onmogelijkheden raak ik in de war. Ik vraag de rekening.

©Kees Klok

Afbeelding: Eduard Manet - A Bar at the Folies-Bergeres (detail). The Courtauld Institute of Art, London.


Geen opmerkingen: