maandag, mei 11, 2015

Likeur




In de zomer van 2007 verbleven we een paar weken in Theodosia, in het huis waarin mijn schoonvader tot zijn dood woonde, naast het overgebleven deel van de oude, Turkse boerderij die er ooit stond in de tijd dat het dorp Chatzi Bayram heette en de sultan nog heer en meester was. Hoewel de Turken in 1923 vertrokken, wordt die oude naam nog vaak door de dorpelingen, oorspronkelijk vluchtelingen uit de Pontos, gebruikt.

We maakten dagelijks een wandeling door de heuvels, waarbij we soms de schaap- of de koeienherder tegenkwamen. Dan sprak Stella Pontiaka, een taal die ze goed beheerste en die de inwoners nog steeds spreken. De herdershonden kenden ons, kwamen blaffend aangerend, maar waren nooit agressief. De hele dag hoorde je in de verte schapen- en koeienbellen. Tegen de avond werden de schapen naar de mandri gedreven en de koeien naar de rand van het dorp, vanwaar iedere koe zelf haar eigen stal opzocht. Ze kenden de weg. Tijdens die wandelingen verzamelde Stella bessen, waarvan ze, terug in Thessaloniki, likeur maakte. Stella's bessenlikeur, befaamd onder onze vrienden.

Langzaam groeit de stapel verhuisdozen, worden de muren kaler, de kasten leger en het Schrijfhuis minder Schrijfhuis. Ik heb een CD-tje van Scotch opgezet als medicijn tegen een al te bedrukte stemming en mij een glaasje van Stella's likeur ingeschonken. Toen we begin september van dat jaar teruggingen naar Nederland, liet ze een fles achter. 'Voor de kerst, dan hebben we straks toch nog een beetje zomer.' Bijna vier maanden later, na haar begrafenis, nam ik een eerste glaasje uit die fles en daarna elk jaar één. Hij is bijna leeg, er rest een laatste glas. Dat drink ik straks, voor ik de deur van het Schrijfhuis voorgoed achter mij dichttrek.

Foto: auteur

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Kees, hou je taai. Henk

Bettina Grissen zei

Dit heeft me bijzonder ontroerd. Ik kan me voorstellen dat dit bijzonder moeilijk moet zijn, sterkte hiermee.

Groetjes,

Kees Klok zei

Het afscheid valt niet mee, maar wordt verzacht door de gedachte dat het huis, dat mijn zwager van Stella erfde, uiteindelijk bezit wordt van een van haar (en mijn) lievelingsnichtjes.