zaterdag, februari 03, 2018

Naakt door de eeuwen heen


   John William Waterhouse - Hylas and the Nymphs (1896)

Ik dompel mij graag onder in de negentiende eeuw, in de boeken van Charles Dickens, van Thomas Hardy, al schreef die ook nog in de twintigste, in de boeken van Multatuli, van P.A. Daum, om maar een paar literatoren te noemen. Soms grijp ik de beeldende kunst aan: Barbizon, de Haagse School, nu, in het Dordrechts Museum, Jongkind en vrienden, of de Prerafaëlieten. 

De negentiende eeuw, toen de moderne tijd pas in de kinderschoenen stond en de grootmuilen zich nog niet op Twitter en Facebook lieten gelden, is heilzaam voor mijn geest, maar op die van sommige anderen heeft ze helaas een vergiftigende werking. Bijvoorbeeld op die van mensen als een zekere Clare Gannaway, curator van een museum in Manchester. Die heeft een schilderij van John William Waterhouse naar de kelder verbannen om een discussie uit te lokken over, je gelooft het niet anno 2018, hoe om te gaan met vrouwelijk naakt in de kunst. Ik zie dat als een poging tot censuur, een toegeven aan de dwingelandij van het totaal uit de hand gelopen #MeToo-activisme en een uiterst gevaarlijk precedent dat de vrije ontwikkeling van de kunst bedreigt. Het mens zou daarom op staande voet moeten worden ontslagen.

Dat is de zwarte kant van de negentiende eeuw: het benepen moralisme, de ongehoorde preutsheid en de beklemmende hypocrisie. Goddank waren er kunstenaars die zich tegen het Victoriaanse totalitarisme verzetten. Nu schiet er ergens een haarklovende historicus kwaad van zijn leerstoel omhoog, want de term totalitarisme is gereserveerd voor dictaturen, maar de Victoriaanse moraal, die in door het calvinisme besmette delen van Nederland nog steeds niet helemaal lijkt uitgeroeid, regeerde zo dwingend het bestaan, dat ik die term toch gebruik. Thomas Hardy ondervond dat aan den lijve, toen er na de publicatie van Jude the Obscure, wellicht zijn grootste roman, zo'n storm van kritiek opstak (het boek zou immoreel zijn), dat hij geen letter proza meer schreef en zich nog uitsluitend aan de dichtkunst wijdde.


             Foto: George Hendrik Breitner 

We moeten oppassen dat we niet terugvallen in de zwarte negentiende eeuw. Laten we ons verheugen over de zonnige negentiende eeuw, waaronder de nymphen van Waterhouse, de baadsters van Renoir, de naaktfoto's van Breitner, de hoertjes van Toulouse-Lautrec en laten we ons op de felst mogelijke manier verzetten tegen de #MeToo-fanaten met hun talibanachtige intolerantie. Laten we en-passant ook al dat politiek correcte gekakel in de media uiterst kritisch benaderen. Het is in de meeste gevallen, hoe goed soms ook bedoeld, gericht op het beperken van onze vrijheid. Het zou het Dordrechts Museum sieren als er eens een tentoonstelling wordt gewijd aan het naakt in de kunst, door de eeuwen heen, van de Grieken, die ons het lichtend voorbeeld gaven, tot een kunstenaar als Aat Veldhoen. Ik zie het graag gebeuren.

                        Aat Veldhoen - Carmen





Geen opmerkingen: