zondag, september 22, 2024

Nog even




Lieve Stella,


Griekenland is een prachtig, zij het ietwat chaotisch land, maar niet erg geschikt voor iemand met mijn rugklachten. Alleen al het geaccidenteerde terrein om het maar eens deftig te zeggen, de kuilen en gaten in de trottoirs en de matras in mijn pied-à-terre. Dat laatste ligt niet aan Griekenland natuurlijk, maar is dom toeval. Daar tegenover staat een aantal voordelen van het Voorlopig Schrijfhuis. De rust en ruimte die ik er heb, het feit dat er regelmatig netjes wordt schoongemaakt, de supermarkt om de hoek, uiteraard de nabijheid van Konaki en de tot nu toe goede internetverbinding (dat is weleens anders geweest, maar nu werkt het prima). Ik twijfel soms of ik het appartement in Ano Toumba niet had moeten aanhouden, maar dan had ik me voortdurend zorgen moeten maken over de waterleiding (die bij de bovenburen is tot twee keer toe gesprongen, met alle nare gevolgen van dien), over de steeds maar stijgende energieprijzen, over het onderhoud van de cv-ketel, over de verzekeringen en uiteraard de onroerendgoedbelasting, die hier enfia heet. Met het geld dat dat alles uitspaart, kan ik hier gemakkelijk de huur betalen terwijl de zorgen voor mevrouw Olga en haar man zijn.


Gisteren had mijn rug het een beetje zwaar. Ik besloot aan het eind van de middag een borrel te gaan drinken bij Pringipos. Dat loop ik gemakkelijk aan, alleen was er toen ik naar huis wilde om daarna bij Konaki te gaan eten, geen taxi te krijgen. Bovendien stond er ook een familie met een peuter en die laat je met zo'n kindje natuurlijk voorgaan. Dan maar lopen dacht ik, maar die helling op viel tegen. Gelukkig is er halverwege, op de hoek van de Theotokopoulou en de Olympiados, een terras bij een soort cafetaria, waar ik even heb uitgerust met een frapé.

Het was druk op het terras van Prigipos, want in het weekeinde komt de ene buslading toeristen na de andere het Atatürkmuseum bezoeken. Erg groot is dat niet en zodra ze het hebben gezien strijken ze neer op de terrassen aan de Apostolou Pavlou, meestal om thee te drinken. Dan zetten ze uit gastvrijheid bij Prigipos een bandje met Turkse muziek op en hoor je overal om je heen Turks spreken, alsof je in het Thessaloniki van voor 1912 bent. Er kwam een bruidsstoet voorbij, luid toeterend zoals de gewoonte is, en op het terras begon iedereen spontaan te zwaaien en te applaudisseren. In Nederland wordt nogal eens gezeurd over die Turkse (of Griekse) trouwstoeten en hun geclaxonneer, hier is dat alleen maar reden tot vreugde. Weer een stel dat hoopt gelukkig te worden. Ach, dat brengt me natuurlijk direct weer bij de avond van zaterdag 28 juli 1990, toen wij de gelukkigen waren en dan word ik even wat melancholiek. Neem het me maar niet kwalijk.


Vrijdag zou ik met Anastasia en Socrates lunchen bij Odysseas. Tot mijn grote genoegen kwam Ioannis Kyprianidis (Loxias) onverwacht ook met zijn vriendin Efi. Hij had van Rita gehoord dat ik had gereserveerd. Uiteraard heb ik hen direct aan tafel genodigd. Het werd een kostelijke middag, vol herinneringen (Socrates en Ioannis zaten bij elkaar op de middelbare school) en uiteraard gesprekken over literatuur. Van Ioannis komt op 1 oktober een bloemlezing uit met vertalingen van Giacomo Leopardi. Van apotheker, via boekhandelaar en kafeneionhouder naar literair vertaler. Het verbaast me niets, want zijn Italiaans is uitstekend, hij heeft jaren in Italië gestudeerd en gewerkt, en zijn kennis van de internationale literatuur is fabelachtig. Hij heeft nog wat exemplaren liggen van mijn Griekse dichtbundel die hij binnenkort opstuurt naar Nederland. Wat ik er daar mee moet weet ik eigenlijk niet, maar ik kan ze moeilijk hier opslaan en ik wil er Savvas of Menelaos ook niet mee belasten.

Donderdag had ik ook al een lunch, bij Konaki, al weet je dat ik liever 's avonds eet en het 's middags met een minihapje doe. Wim van Til, oprichter van het Poëziecentrum Nederland, en zijn vrouw Meja kwamen een dagje naar Thessaloniki vanuit Kerkini. Dat is uitgegroeid tot een leuke traditie: als we toevallig in Griekenland zijn organiseren we een ontmoeting in Thessaloniki en dat is bijna ieder jaar wel een keertje het geval. Eigenlijk hadden we voor woensdag afgesproken, maar toen was het 's morgens flink aan het regenen en hebben we de afspraak maar een dagje verschoven. 


Het bezoek aan Kilkis is niet doorgegaan dus heb ik opnieuw een rustige zondag. Geluisterd naar OVT, al besteedden ze daar vandaag erg veel aandacht aan het ontstaan van elektronische muziek, een onderwerp dat me weinig interesseert. Ik heb ooit eens, heel lang geleden, bij de redactie geïnformeerd of men belangstelling had voor het moderne Griekenland en Cyprus. Het antwoord was vriendelijk afwijzend, hoewel ik toen nog volop in de radiocommentaren zat. Vooral het meewerken aan Met het oog op morgen was plezierig om te doen. Vorig jaar ben ik nog eens door een omroep gebeld, maar ik heb de boot afgehouden. Ik heb geen zin meer om de ontwikkelingen op dagelijkse basis bij te houden en neem liever wat afstand van de actualiteit. Ik ben tenslotte historicus en geen journalist. Wie weet schrijf ik nog eens een artikel voor Lychnari, maar op het ogenblik komt me niets voor de geest en ben ik te druk bezig met de geschiedenis van Dordrecht. 

Eigenlijk wordt het tijd om de drie delen Geschiedenis van Dordrecht, uitgeven door Verloren en het Stadsarchief grondig te herzien, want het laatste deel is alweer uit 2000, en iets te doen aan de rommelige structuur van deel II en III, maar voor zo'n project is uiteraard geen geld in een tijd dat de regering van ons steenrijke landje vindt dat er op bijna alles moet worden bezuinigd. 

Ik word weleens een beetje moedeloos als ik bedenk wat voor ellende het woord bezuinigen in mijn loopbaan, vooral in de jaren tachtig, als leraar heeft veroorzaakt. Die schandalige HOS-nota, het jarenlang geen salarisverhoging krijgen, de ene collega ontslagen na de andere. Ik heb twaalf jaar eerstegraads lessen moeten geven voor een tweedegraads salaris omdat de automatische bevordering naar een hogere schaal net voor ik afstudeerde werd afgeschaft. Ik kan me er nog steeds over opwinden. Ik vond het heel begrijpelijk dat jij 'nee' zei toen je een aantal uren Engels werd aangeboden, nadat je je had verdiept in de secundaire arbeidsvoorwaarden. Je ging liever vertalen. Het enige goede uit die tijd was dat je nog rustig in de docentenkamer een sigaar kon roken.


Ik ga straks mijn rug toch even provoceren door de helling op te lopen naar kafeneion Melkiades om daar met een tsipourootje of een glaasje wijn te genieten van het uitzicht over de stad in het prettige vooruitzicht dat ik daarna alleen maar naar beneden hoef te lopen. Nog even genieten van de nazomer!


In gedachten, altijd,


Kees


Thessaloniki, 22 september 2024


Foto: auteur


Geen opmerkingen: