Lieve Stella,
Een mens doet weleens gek. Op aanraden van de mondhygiënist heb ik een elektrieke tandenborstel gekocht, een aanbieding, twee voor de prijs van een, maar desalniettemin duur genoeg, en daar bewerk ik nu de resten van mijn gebit mee. Het is nog altijd een fietsenrek waar ook nog wel een brommer bij kan, maar de laatste jaren, sinds ik in handen ben van een jong en ondernemend tandartsenechtpaar, wordt er diligent gewerkt aan het stuiten van het verval. Mijn ziekteverzekeraar en de eigen bankrekening weten daarover mee te praten. Het bevalt me niks, poetsen met dat zoemding, maar het schijnt effectiever te zijn dan met de traditionele borstel, al houd ik die in ere voor als ik op reis ben. Er moeten al genoeg opladers mee.
Ik heb die apparaten gekocht bij een buitensteedse firma die mij door de mondhygiënist werd aangeraden. Het pakket kon ik door de post laten bezorgen bij een afhaalpunt in de buurt. Waarom niet aan huis, vraag je misschien. Ik ben niet zo van het bezorgen, zeker niet als ik wat ik nodig heb in een niet al te ver buiten het centrum gelegen winkel kan halen, maar soms ontkom je er niet aan. Volgens mij staan die pakjesjongens (en -meisjes) om de hoek te wachten tot ik even een brief ga posten of een frietje bij de buurtsnackbar haal, want je kunt er vergif op innemen dat er, als ik even een minuut of tien van huis ben, een briefje in de bus zit met 'uw pakket is bij de buren op nummer zoveel bezorgd' of bij zo'n afhaalpunt. Soms hebben ze het naar een of andere kwijnende nering op kilometers afstand van huis gebracht, waar je dan op de fiets naartoe moet, in de regel tegen een harde wind in en door de regen, want we hebben een ongehoord belabberd voorjaar. Als je zelf kunt aangeven waar het naartoe moet, scheelt het tijd, moeite, een nat pak en veel ergernis.
Genoeg geklaagd. Toen ik vanmorgen opstond scheen de zon. Bevrijdingsdag! ging het door me heen. Daar horen zon en warmte bij. Ik heb de vlag uitgehangen om het te vieren, maar terwijl ik dit schrijf is het alweer flink aan het regenen. Ik had met vrienden mee moeten gaan, die nu bij vijfendertig graden zitten te genieten aan de Guadalquiver, maar ik moet al vaak genoeg het eiland af en ik spreek de taal niet. Gek eigenlijk dat ik wel een aantal keren in Portugal ben geweest, maar nog nooit in Spanje. In Portugal spreek ik ook de taal niet, bijna niet. Net voor ik jou leerde kennen deed ik een cursus Portugees. Wat ik daarvan heb opgestoken ben ik grotendeels alweer vergeten, maar je komt daar met Frans een heel eind. In Spanje misschien ook wel, ik heb het nooit uitgeprobeerd. Misschien moet ik er toch een keer heen, maar op de een of andere manier trekt Portugal me meer. Ik denk graag terug aan ons reisje naar Lissabon en omgeving, aan die heerlijke uren in de botanische tuin en aan ons uitje naar het immer romantische Sintra. Lord Byron heeft er nog een tijdje gewoond. Dat paleis daar, met die kegelvormige schoorstenen, zou ik wel voor een tijdje willen huren, inclusief verzorging en bewassing natuurlijk, maar dan moet ik eerst een Engelstalige bestseller schrijven of de Staatsloterij winnen. Illusies genoeg, dat weet je. Als ik ooit een flinke prijs in een loterij win zit ik waarschijnlijk op hoge leeftijd in het Oudemannenhuis, geheel opgesloten in mijn eigen verleden, op het einde te wachten en als ik voor die tijd moet vertrekken, dan hoeft het ook niet meer.
Wat zou ik eigenlijk met zo'n prijs doen? Mijn huis klimaatbestendig maken, wellicht, een keertje extra naar Portugal en Griekenland gaan en een Rijnreisje maken op zo'n varend hotel, waarvan ik nu en dan een groep toeristen rondleid door de stad. Meestal Amerikanen of Duitsers. Ik vind dat leuk om te doen, maar ik verbaas me weleens over het tijdstip waarop je zo'n Stadtrundgang moet houden. Op maandagmorgen om negen uur, bijvoorbeeld. Nou, dan krijgen die mensen een geweldige indruk van Dordtse gastvrijheid. Alle winkels potdicht tot twaalf uur, een doods centrum waar je een kanon kunt afschieten zonder iemand te raken en hooguit twee of drie horecazaken open, maar ook niet voor tien uur. Op maandag is bovendien de helft van de horeca dicht en op dinsdag de andere helft. Zondagmorgen negen uur is nog erger. Ik heb gelukkig sterke verhalen genoeg om die mensen toch een beetje te vermaken, maar als het dan ook nog eens regent, moet je als Stadtführer van goede huize komen. Gelukkig maar dat we samen die jaren in Düsseldorf hebben meegemaakt, daardoor kan ik met de taal nog steeds lekker uit de voeten.
Van je broer nog geen nieuws. Hij is, maar dat heb ik al geschreven, van de IC af en komt hopelijk een dezer dagen thuis om verder aan te sterken. Het zal een tijdje fysiotherapie worden, denk ik. Ik kreeg wel bericht dat je neef Vangelis is overleden. Nog geen maand nadat longkanker was geconstateerd. Ik kon niet naar de begrafenis, want in Griekenland hebben ze nog steeds de harteloze gewoonte om je op de dag na je overlijden te begraven. Weet je nog dat hij in Kilkis die disco was begonnen? Gelukkig ruim voor de financiële crisis. Na een poosje kon hij de boel goed verkopen en Rijnreisjes gaan maken, maar hij was nogal honkvast, anders hadden we hem wel een keer hier in Nederland gezien.
De dodenherdenking hebben we gisteren bij Visser gedaan. Keurig op tijd met de stamgasten en de jongelui twee minuten stilte gehouden. Een kort maar mooi ogenblik, omdat iedereen er serieus aan deelnam. Ook op het nabije Scheffersplein was het stil. Jammer dat dan toch nog één automobilist het niet kon opbrengen twee minuten te stoppen. Of het was een sukkel die niet kon klokkijken, dat kan natuurlijk ook.
Domheid is nog alom tegenwoordig en als je het geklaag uit het onderwijs hoort, wordt dat alleen maar erger. Als je wil weten hoe dat komt, moet je mijn literaire dagboeken over de jaren tachtig maar eens lezen. Uit die tijd van bezuinigingen en kortzichtig beleid stammen nog veel van de huidige problemen. Ik kijk met veel plezier terug naar mijn onderwijstijd, als ik denk aan de vele leuke leerlingen die ik had, maar ook met afschuw, als ik me de mislukte fusies, het wanbeleid van de overheid en het niet aflatend gezanik van zogenaamde onderwijsvernieuwers (de duur betaalde zijlijnwerkers) herinner.
O ja, ik moet je ook nog even vertellen dat ik op de wachtlijst sta vanwege een liesbreuk. Die blijk ik al vele jaren te hebben, maar ik had er nooit last van, tot het na zo'n Stadtrundgang soms wat gaat drukken in de lies. Toen ben ik maar eens langs de dokter gegaan. Een wachtlijst dus, want we wonen niet voor niets in een van de rijkste landen van de wereld.
In gedachten, altijd,
Kees
Dordrecht, 5 mei 2023
Foto: auteur