vrijdag, april 06, 2012

Onderzoek

Een deskundige zegt op de radio dat zittenblijven in het onderwijs niet helpt. Nooit. Nergens ter wereld. 'Daar is heel veel onderzoek naar gedaan,' voegt zij eraan toe. Ik heb geen reden om er aan te twijfelen. Heel veel onderzoek door deskundigen. Ga er maar aanstaan. Toch moet ik dan de spreekwoordelijke uitzondering op de regel zijn. Bij mij heeft zittenblijven uitstekend geholpen. Ik was niet zo'n erg gemotiveerde leerling. De kleuterschool vond ik nog wel aardig. Dat was een paar uurtjes spelen in de ochtend. Daarna kwam de lagere school, met zijn orde en discipline, met wat ik als een stortvloed van onzinnige en lullige regeltjes ervoer. Zeker de eerste twee jaar op de Vest. Het zal in werkelijkheid een milder regiem zijn geweest dan in mijn geheugen, maar de overgang van de zorgeloze kleuterschool in de Cornelis de Wittstraat naar de knoet op de Vest, was bepaald schokkend. Toen ik na twee jaar van school werd gestuurd en terechtkwam op de Boermanschool, in de Bankastraat, werd het leven een stuk aangenamer, al was ik pas echt gelukkig in de vakanties. Vooral de grote vakantie voelde ik als een zich jaarlijks herhalende bevrijding. Ik ben niet voor niets uit het onderwijs gestapt toen de minister een week van de zomervakantie haalde.


Wat de lagere school bood, boeide mij maar matig. De prettigste ogenblikken waren die wanneer de meester verhalen vertelde, maar mijn tante Christien deed dat toch mooier en niet verplicht van kwart voor tien tot half elf. Rekenen en kennis van het lid- en werkwoord waren gewichtige zaken, werd mij steeds weer voorgehouden, zonder dat ik het vermocht in te zien. Dom was ik niet, maar ik voerde onvoldoende uit om mee te mogen doen aan het toelatingsexamen voor het lyceum. Het gymnasium was nooit ter sprake gekomen. Ik kwam op de Mulo terecht.


De Mulo, een school met echte leraren, die wij al voor de eerste schooldag meenden te kennen uit verhalen die de ronde deden aan het einde van de zesde klas. Er zou een Siem zijn, die geen orde kon houden en waar het de hele dag keten was. We hoorden over een Proppie, die een soort kabouter moest zijn en een Okkie Trooy, althans iemand met zo'n bril, die ongelofelijk streng was en een echte sadist. Dat laatste verhaal maakte zoveel indruk op Nellie Stolk dat ze van angst in huilen uitbarstte op het moment dat Okkie, die in werkelijkheid meneer Boersma heette, voor het eerst het lokaal betrad. Geschiedenis, het enige vak dat mijn belangstelling had, werd in het eerste jaar gegeven door een heel oude man die Van Wijnen heette en die voortdurend 'juist zo,' zei. Dat turfden wij en we sloten weddenschappen af op het aantal juist zo's per les. Het record staat op drieënvijftig, geloof ik.


In het eerste jaar was ik nog voldoende onder de indruk van het regiem om af en toe iets uit te voeren, zodat ik nog net overging. In de tweede klas sloeg de puberteit toe, ontdekte ik het spijbelen en de genoegens van het keten. Aan het einde van het jaar bleef ik reddeloos zitten. In 1965 kon je nog op je veertiende gaan werken. Een vriend van mij, iets ouder dan ik, had dat gedaan. Hij stond de hele dag aan de lopende band in de Victoriafabriek koekjes om te draaien. Van zijn loon kocht hij iedere zaterdag een langspeelplaat. Ondanks dat loon en het gerucht dat er bij de Victoria veel meisjes werkten die het zonder problemen met je wilden doen, was die lopende band een schrikbeeld. 'Ik geef je nog één kans,' zei mijn vader, 'maar als je weer blijft zitten, ga je regelrecht naar de fabriek.' Ik besloot het risico niet te nemen om te zien of hij het wel meende. Ik begon mijn huiswerk te maken, op te letten in de les en het keten te beperken, tenzij het echt niet anders kon, zoals bij Siem of de dominee. Mijn cijfers schoten omhoog, ik ging moeiteloos over en slaagde met een prachtige lijst, waarop alleen een vier voor wiskunde. Dat lag aan de Vuurtoren, die niet kon uitleggen. Een beter voorbeeld dat zittenblijven weleens helpt, kan ik niet bedenken, maar ik word in dat soort onderzoeken niet betrokken.



2 opmerkingen:

povje zei

Kees na het lezen van je reactie op "zitten blijven helpt niet", weet ik weer waarom ik ben blijven zitten in de tweede, gewoon om nog een jaar te mogen genieten van onze "beatle met het open dak", voor Nederlands, Geschiedenis en Maatschappijleer. Of misschien toch ook wel omdat Anita en ik dat jaar gewoon meer gemotiveerd waren om lol te maken, dan een beetje ons best te doen. De tweede keer in de tweede ging het prima. Daarna hebben we de rest van de mavo gewoon keurig afgemaakt en met een mooie cijferlijst
afgesloten

Kees Klok zei

En ik maar denken dat ik de enige leraar zonder bijnaam was!