maandag, mei 13, 2013

Achilleshielen


In de rij staan, 'queuing up', is een typisch Engelse liefhebberij. Alsof ze het een genoegen vinden, sluiten de Engelsen gemoedelijk aan achter de rij voor de bakker, de balie of de bus. In Griekenland is dat anders. Als de rij daar niet strikt is gereguleerd, bijvoorbeeld door de verplichting nummers te trekken, staat iedereen te dringen en te roepen en wordt van de bediening verwacht dat die twee of drie klanten gelijktijdig helpt, naast het beantwoorden van de eeuwig rinkelende telefoon. Ik was op het postkantoor van Skyros, waar achter één van de twee balies een mevrouw zat te telefoneren, terwijl ze ondertussen een betaling van een elektriciteitsrekening afhandelde. Als brave Nederlander wachtte ik rustig op mijn beurt. Achter de andere balie verscheen een meneer die vroeg wat ik wilde. 'Een postzegel voor Europa en twee schriften,' antwoordde ik, wijzend op de stapel cahiers op de balie, die uitstekend geschikt zijn voor het dagboek. Tot mijn verbazing liep de man weg en begon de mevrouw mij te helpen, terwijl ze ook nog bezig was met de vorige klant en de telefoon alweer ging. Met een brede glimlach er gratis bij.

Oost is oost en west is west, Kipling zei het al, maar hoe het citaat verder gaat ben ik vergeten. Ik kan het op het terras, waar ik zit om naar de nimfen van Skyros te kijken, ook niet opzoeken. Ik doe niet aan een smart phone. Bewust, om niet het risico te lopen heel de dag op toetsen te willen drukken en naar een schermpje te staren. Het is mooi genoeg dat ik in voorkomende gevallen kan opbellen of een sms-je kan sturen. Heb ik toevallig iemand bij me met zo'n ding, dan vraag ik die om iets op te zoeken. Zo ben ik dan wel weer. Net een orthodoxe jood die op de sabbat het licht aan en uit laat doen door een heidense buurjongen.

Skyros werd in mythologische tijden dicht bevolkt door nimfen. Zeenimfen, riviernimfen, bosnimfen te kust en te keur. Achilles, die hier zat ondergedoken om niet naar de oorlog te hoeven, wist er alles van. Uiteindelijk ging hij toch naar Troje, waar het misging vanwege zijn hielen, maar wie zal zeggen wat hij ondertussen op dit, toen nog rijkelijk beboste eiland heeft uitgehaald? Ik denk dat hij misschien een soort prins Harry was, al zwijgen de bronnen. Nu en dan loopt er een meisje langs waarvan ik denk: 'Die zou wel eens...', maar meer valt mij het aantal vrouwen op, soms nog tamelijk jonge, dat in het zwart gekleed gaat. Dat moet nog in zo'n gemeenschap waar de tijd in bepaalde opzichten maar traag voortkruipt. Er zijn veel weduwen op Skyros. Toch is de strijd om Troje al heel lang voorbij en kwam de wrede burgeroorlog in 1949 ten einde. Je kunt wel sneuvelen in wat de Grieken 'de oorlog op het asfalt,' noemen. Gisteren nog zag ik twee knullen met een bloedgang op hun motoren tegen elkaar racen op wat niet meer dan een nauwe landweg was. Zoals vele Griekse motorrijders droegen ze geen helm, denkend even onkwetsbaar als Achilles te zijn. Aan die hielen dachten ze niet.

©Kees Klok


Geen opmerkingen: