woensdag, mei 22, 2013

Ecologisch gidsland


Het is voorjaar en ook voor Griekse begrippen warm. Ik zit op het achterbalkonnetje van Loxias, bijna boven op de restanten van het paleis van de Romeinse keizer Galerius. Voor het kafeneion zit een groepje elegante studentes, maar daar heb je de pestherrie van het belendende barretje, waar het motto 'hoe harder, hoe beter,' wordt gekoesterd. Hier is het rustig en bovendien waait er een licht en aangenaam briesje. Het herriebarretje opereert zonder vergunning en is al een paar keer door de politie gesloten wegens geluidsoverlast, maar de eigenaar heeft connecties bij de overheid, zodat het gehengst na enkele dagen opnieuw kan beginnen. Zo werkt het al bijna twee eeuwen in Griekenland, crisis of geen crisis, Trojka of geen Trojka. Bij de halte waar ik meestal de bus naar het centrum neem is de kiosk gesloten. Op het rolluik een papier: 'Gesloten wegens problemen met de vergunning.' Aardige mevrouw, altijd een gezellig praatje, maar geen of te weinig connecties die er toe doen.

Hoe dat in de tijd van Galerius was, weet ik niet precies. Het is lang geleden dat ik mij met de oudheid heb beziggehouden, maar omdat corruptie, vriendjespolitiek en nepotisme ongeveer even oud zijn als het beroep van prostitué, maak ik mij sterk dat je toen ook heel wat kon bereiken met een ambtelijke connectie of met een vriendje aan het hof. Dat het landsbelang in zulke gevallen niet altijd voorop staat moge duidelijk zijn. Goed beschouwd heeft de overheid, in de bijna tweehonderd jaar sinds de geboorte van de Griekse staat, op weinig imponerende wijze de publieke zaak gediend. Er zijn dikke boeken te schrijven over het falen van de overheid. Het paleis van Galerius is een klein voorbeeld in een lange rij. De opgegraven restanten zijn keurig geconserveerd, er zijn looppaden aangelegd en er is een hokje voor de kassa gebouwd, zodat de belangstellende toerist, al dan niet met een gids, het terrein kan bezoeken tegen een milde vergoeding. Griekenland kent een dramatische jeugdwerkloosheid en ik weet zo al vier of vijf werkloze, jonge academici die graag voor een bescheiden loontje achter die kassa willen zitten of voor gids willen spelen, maar in de twee of drie jaar dat de boel er zo bij ligt, heeft geen toerist er een stap gezet. De tent zit stijf op slot en dient als de speeltuin van een groep verwilderde stadskatten. Wat precies de reden is, is mij niet duidelijk. Een of ander ambtelijk conflict luidt het in het café. Ik zou navraag kunnen doen bij de gemeente of de Archeologische Dienst, maar ik ben bang van het kastje naar de muur te worden gestuurd.

De man in de straat geeft van alles wat er in Griekenland op het ogenblik misgaat de schuld aan de Duitse bondskanselier Angela Merkel. Zij heeft de huidige crisis volgens hem hoogstpersoonlijk veroorzaakt 'omdat Duitsland de baas over Griekenland wil spelen,' zoals ik pas in een taxi hoorde. Waarom Duitsland de baas zou willen spelen over een economisch geruïneerd land, hoe prachtig qua natuurschoon ook, vraagt de man in de straat zich in al zijn simplisme niet af. Verstoken van een kortetermijngeheugen koestert hij de illusie dat er vóór de crisis weinig aan de hand was. Dat moeizame ploeteren voor een paar drachmen, de tweede baan die vaak nodig was om rond te komen en de molensteen van de dure, incompetente, corrupte bureaucratie... áls hij zich er nog iets van herinnert, is dat natuurlijk ook allemaal de schuld van mevrouw Merkel. Het is nog een geluk dat de man in de straat niet echt bestaat, behalve in de populistische pers.

'Terug naar de drachme!' roept het groeiend koor populisten van extreem links tot extreem rechts. Terug naar de decennia van inflatie, devaluatie en wegen vol kuilen en gaten. Terug naar de dorpspomp en het vervoer per ezel. Het zou misschien geweldig uitpakken voor het milieu. Griekenland als ecologisch gidsland uit de negentiende eeuw.

©Kees Klok


Geen opmerkingen: