Lieve
Stella,
Toen
met oud & nieuw het vuurwerk met volle kracht losging, moest ik
weer denken aan de avond dat mijn moeder overleed, op 31 december
2006, om half zeven in de avond. Tegen de tijd dat alles wat er dan
moet worden geregeld ook geregeld was en wij naar huis konden,
barstte het vreugdevuurwerk los. 'Ma knijpt er niet stilletjes
tussenuit,' zeiden wij, wetend dat mijn moeder zulke humor wel op
prijs stelde. Wat we niet wisten was dat ik jou precies een jaar
later in Griekenland zou begraven. Zonder vuurwerk, op de gure,
winderige begraafplaats van Thessaloniki, want ook in jouw vaderland
wil het weleens even koud zijn en vuurwerk steken ze er pas af met
Pasen. Ik heb ondanks alle nare, droevige herinneringen de kerstdagen
en oud & nieuw aangenaam doorgebracht. Woensdag wist ik eigenlijk
nog niet goed wat ik zou doen. Ja, naar de oudejaarsborrel bij
Visser, daarna misschien naar Joep van 't Hek kijken en nadat de
ergste kruitdampen zouden zijn gaan liggen misschien naar Merz of een
ander feestetablissement. Ik zou wel zien, maar tijdens de borrel bij
Visser stuurden Heleen & Bo mij een sms-je of ik zin had naar hen
te komen. Lekker dichtbij en altijd gezellig, dus tegen een uur of
half elf stond ik met een paar flessen wijn op de stoep. Het werd een
aangenaam samenzijn al zat arme Heleentje aan het alcoholvrije
nepbier, omdat ze vijf maanden zwanger is. Misschien klopt het wel
dat niet roken en niet drinken beter is voor een ongeboren kind, maar
de generatie van onze ouders rookte en dronk gewoon door tijdens de
zwangerschap en ik geloof niet echt dat ik daar iets aan heb
overgehouden.
Een
tijd geleden was ik op een feestje waar ook een zwangere jongedame
rondliep. Toen ik op een gegeven ogenblik een sigaartje opstak, begon
een oudere heer aan de overkant van de kamer hevig te gesticuleren en
op de zwangere buik te wijzen. Zo'n reactie is typerend voor
hysterisch Nederland, maar goed, ik waardeer het dat aanstaande
moeders een beetje voorzichtig zijn in de trant van 'baadt hij niet,
hij schaadt ook niet.' Nu zal er wel weer een reactie komen van een
of andere betweter die ons familiegrapje niet kent en mailt dat die
uitdrukking fout is. Je vraagt je soms af waar de mensen zich mee
bemoeien. Dat vroeg ik mij toen bij die oudere heer ook af, vooral
omdat de zwangere jongedame het allemaal prima vond en zich niet druk
maakte. Het vuurwerk zorgde weer voor een ongehoorde hoeveelheid
kruitdampen, maar of die schadelijk zijn voor het ongeboren kind,
staat niet ter discussie. Ook vergeten de dierenvrienden even wat al
dat geknal bij de geliefde hond of kat teweegbrengt, de lol van
vuurwerk afsteken gaat voor. Ik ben geen moralist en ik ben ook niet
zo van het verbieden, maar met dat vuurwerk mag het best een onsje
minder en als jouw puber dagen voor en na de jaarwisseling loopt te
knallen met zijn pubervriendjes, dan deugt er iets niet aan jouw
manier van opvoeden. Dat de politie pontificaal aankondigt dat
handhaving van de vuurwerktijden geen prioriteit heeft, vind ik
oliedom. Ik begrijp wel dat die agenten belangrijker dingen te doen
hebben dan achter verveliootjes aan te gaan, maar zeg dat alsjeblieft
niet hardop. Ik geef eerlijk toe, want zo ben ik ook wel weer, dat ik
het afsteken van vuurwerk in de straat bij Heleen & Bo wel leuk
vond. Zelf deed ik er niet aan mee, een paar andere gasten wel, maar
verantwoord en met vuurwerkbrillen op. Ze hadden ook geen illegale
rotzooi en het was niet overdreven veel, zodat het niet op kon, want
op een gegeven ogenblik wil je toch weer binnen aan je borrel. Zeker
omdat het koud en winderig was.
Er
was even sprake van dat Lianna en Evi, twee dames die ik weleens in
Loxias spreek, rond nieuwjaar een toeristisch bezoek aan Dordrecht
zouden brengen. Het ging niet door nadat ik het had afgeraden vanwege
het weer in deze tijd van het jaar. Gelukkig maar, dacht ik
eergisteren, want Dordrecht op 1 januari, daar wil je als toerist
niet zijn. Je ziet geen hond op straat en negen van de tien
horecagelegenheden zitten stijf op slot. Wat een kleindorpse treurnis
in 'de festivalstad van Nederland.' Het Stadscafé
was gelukkig wel open, met zicht op het uitgestorven Scheffersplein
en een ledige Voorstraat. Het was helemaal de sfeer van de Dordtse
Synode. Je zou bijna medelijden krijgen met Aai
van de Beurs.
In
de media was uiteraard aandacht en ophef over alle veranderingen die
wij per 1 januari door de regering krijgen opgedrongen. Werklozen,
zieken en behoeftige bejaarden dienen voortaan bij de gemeente aan te
kloppen in plaats van bij Den Haag. Lekker dichtbij, ons kent ons,
zou je zeggen, kan handig zijn, maar op de centen die de gemeenten
daarvoor krijgen wordt stevig beknibbeld. Dat kan nooit goed gaan. De
verzorgingstehuizen worden bijvoorbeeld gesloten en de werkster wordt
in veel gevallen niet meer vergoed. De bejaarden, een categorie waar
ik onvermijdelijk ook een keer bij ga horen, moeten het maar gewoon
zelf uitzoeken, daar komt het op neer. Het wordt natuurlijk allemaal
voorgesteld als geweldige verbeteringen, waar we ontzettend blij mee
moeten zijn, maar ik moet het nog zien. Ik voel er niet zo voor om,
als ik het zelf niet meer kan, door de buurman onder de douche te
worden gezet. We gaan de kant van Griekenland op, vrees ik, waar je
alle zorg die je wilt kunt krijgen als je een dikke bankrekening hebt
en het voor de rest van de bevolking 'jammer dan' is. Ik heb geen
dikke bankrekening, maar als het eenmaal zover is hoop ik nog wel
geld te hebben voor een touw en een stevige haak, want de pil van
Drion zal nog wel jaren uit diepmenselijke overwegingen worden
tegengehouden door het streng gelovige deel der natie.
We
moeten het maar even over iets aangenamers hebben. Maandag ben ik met
Henk Verweerd naar Goes gereden, om te vergaderen met de redactie van Ballustrada, dat tegenwoordig door Liverse wordt uitgegeven. We
kwamen bijeen in grand café
Jersey, waar opvallend veel scholieren rondhingen. Jongetjes en
meisjes van een jaar of veertien, vijftien. De leeftijd waarop ik
voor het eerst, geheel illegaal want mijn ouders keurden het niet
goed, bij Visser kwam. Net als wij in die tijd bij Visser leken ze
een beetje geïntimideerd door de omgeving en de al dan niet
onbekende volwassenen om hen heen. Ja, druk in de weer met hun
telefoontjes en giebelen zoals alleen pubermeisjes dat kunnen, maar
toch bedeesd, zonder herrie en allemaal braaf aan een colaatje of een
ander glaasje fris. Jongens en meisjes netjes apart, want meisjes van
veertien vallen niet op knulletjes van hun eigen leeftijd en die
mannekes willen nog niet met zo'n grietje worden gezien. Die hadden
waarschijnlijk al heimelijk voorpret voor oud & nieuw. Ik vond
het wel leuk, zulk jong publiek, je kunt niet vroeg genoeg aan de
kroeg beginnen, maar ik kreeg wel een beetje een grootvadergevoel.
Iets in die geest overkomt mij weleens meer. Onlangs zat ik met een
vriendin in het rookhok van Merz. Een meisje 'van mijn
leeftijd, alleen eenendertig jaar jonger,' zou Reve zeggen. Op een
gegeven ogenblik kwam er een jongeman die beleefd 'dag meneer' tegen
mij zei omdat hij dacht dat ze met haar vader zat te praten. Ach, we
gaan maar gewoon het nieuwe jaar in. Om Gerard Reve, gids in duistere
tijden, nogmaals te citeren: 'Moedig voorwaarts!'
In
gedachten, altijd,
Kees
Dordrecht,
3 januari 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten