Het is het seizoen van de nieuwjaarsborrels. Ik ben er dol op, al loop ik ze niet allemaal af. Tenslotte hebben we net de feestdagen gehad en hangen er weer enkele broeken in de kast die niet of met moeite dichtgaan. Dan zijn al die bitterballen, kaasstengels, vlammetjes en noten iets te veel van het goede. Het is dus ook het seizoen van nog meer wandelen en veel salades. Nieuwjaarsborrels waar geen alcohol wordt geschonken of waar uitsluitend rauwe wortels, radijzen en dergelijke onzin worden geserveerd, mijd ik. Ik vind het namelijk nogal aanmatigend, onbeleefd en betweterig als je gasten uitnodigt en meteen maar voor hen beslist wat ze wel en wat ze niet drinken. Wat dat betreft is de nieuwjaarsreceptie van de gemeente Dordrecht op het randje, met het eerste uur geen en het tweede uur wel alcohol. In Zwijndrecht gingen ze wat dat betreft dit jaar geheel over de schreef, maar ja, Zwijndrecht, daar kijken we als Dordtenaren toch enigszins op neer. Daar hebben ze niet eens een historisch centrum.
Een speciale nieuwjaarsborrel is die van het Lira-fonds. Het Lira-fonds bekommert zich onder meer om het leengeld dat schrijvers ontvangen. Het leengeld, lieve kinderen, is geld dat een auteur krijgt als zijn of haar boek door een bibliotheek wordt uitgeleend. Ik ben al jaren aangesloten bij het Lira-fonds en kijk ieder jaar met spanning uit naar de afrekening. Soms kan ik daar in mijn stamcafé wel twee glaasjes wijn van kopen. Eigenlijk zou ik wekelijks naar de bibliotheek moeten gaan om mijn eigen boeken te lenen, maar daar komt het niet altijd van. Daarom ben ik blij met de nieuwjaarsborrel, ook al wordt die gehouden in Amsterdam. In de eerste plaats kun je je leengeld flink aanvullen door hem goed te raken en ten tweede kun je schrijvers en schrijfsters zien rondlopen die van hun leengeld wel regelmatig een rondje kunnen geven. Heerlijk om als provinciaaltje in het grote en belangrijke Amsterdam tussen de eredivisionisten van de literatuur te mogen verkeren, al zijn het natuurlijk vooral de liquide middelen die trekken.
Dat brengt mij op een idee voor het achthonderdjaar-Dordrecht-feestje dat we in 2020 vieren. Weliswaar had Dordrecht iets eerder stadsrechten dan 2020, dat kun je hier lezen, maar de uitbreiding van het stadsrecht in dat jaar is belangrijk genoeg om een feestje aan te verbinden. Bij wat ik tot nu toe aan plannetjes heb gezien, is de geschiedenis alleen nogal karig bedeeld. Als de gemeente Dordrecht nu eens alle historici in Nederland die weleens een boek hebben gepubliceerd (dat kunnen ze navragen bij het Lira-fonds of de Koninklijke Bibliotheek) uitnodigt op een nieuwjaarsborrel, of een Dordtse verjaardagsborrel, of hoe je het ook noemt, in het Hof, of in het stadhuis, en ze daarna op een meerdaags congres eens ernstig van gedachten laat wisselen over, bijvoorbeeld, 'nut en noodzaak van lokale geschiedenis', dan is een deel van de feestsubsidie in ieder geval goed besteed. En als het stadsarchief daarna nog een mooi boek met de resultaten publiceert, wordt een deel van het geld misschien wel via die Lira terugverdiend, want natuurlijk gaan wij Dordtenaren dat massaal lenen. Kom, organisatoren, wees eens creatief!
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten