Hij wordt om half drie 's nachts wakker omdat een stel idioten in de stad nog bezig is met knalvuurwerk. 'Achterlijke pubers', moppert hij, waarna hij bedenkt dat hij als puber ook een liefhebber van vuurwerk was. Vooral van knalvuurwerk. Het verschil met die mafkezen op straat is dat hij, inmiddels volwassen geworden, het geknal heeft afgezworen en ook niet afkomstig is uit een a-sociaal gezin. Zijn ouders waren niet de strengste in den lande, maar om half drie 's nachts op straat, laat staan met knalvuurwerk, dat gebeurde in geen geval. Wie vandaag de dag midden in de nacht buiten loopt te knallen moet wel uit een achterbuurt komen, meent hij, al weet hij ook wel dat uitzonderingen immer de regel bevestigen.
Hij heeft de hele avond bij de open haard zitten lezen. Dickens. De wintermaanden zijn voor Dickens. Terug in de tijd en toch uiterst actueel. Het ongebreidelde kapitalisme en economisch liberalisme (waar toen nog geen neo voor stond) leidde in de eerste helft van de negentiende eeuw tot verschrikkelijke misstanden, waar de toeslagenaffaire niets bij is.
Dickens stelde die aan de kaak. Wel vaak met humor, iets dat de meeste eigentijdse activisten ontberen. Hij ziet het zure, fanatieke smoel voor zich van een veganistische biefstukhater die op Facebook tekeer ging tegen een naïeve hals die een vrolijke foto van zijn kerstmaaltijd had geplaatst. Zo'n voortreffeling die op het voetstuk van dierenrechten en milieu boven de vleesetende proleten denkt te staan. Dickens wist met zo'n type wel raad.
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten