Hij loopt een boekwinkel binnen. Een grote zaak, in een voormalige bioscoop. Hij zoekt de Wordsworth Classics. Hij koopt Ivanhoe van sir Walter Scott. Dat heeft hij niet eerder gelezen. De enige Ivanhoe die hij tot nu toe kent, is die van de serie. Jaren geleden, bij de buurman, tijdens het kinderuurtje op de televisie. Zelf hadden ze die niet. De Warnaars waren in de jaren zestig niet erg welvarend. De buurman meer. Een postbode die, als hij in de ziektewet liep, wat vaak gebeurde, 'vanwege mijn rug' her en der ging klussen. Hij was goed in het aanleggen van 'elektrieke leidingen'. Als je naar het kinderuurtje kwam moest je een stuiver meebrengen en op de grond zitten.
Hij herinnert zich koude winters in de tochtige woning nabij het centrum van de stad. Crisisbouw uit de jaren tachtig van de negentiende eeuw. De postbode en zijn vrouw woonden beneden, de Warnaars boven. Het raam van de achterkamer keek uit op een hof. Ook crisisbouw en na tachtig jaar al vervallen en aan afbraak toe. In die hof woonde juffrouw Jansen. Die kon niet tegen spelende kinderen. Die moesten 'oprotten naar je eige!' Er was ook een schuur, die was van een melkboer. Hij stalde er zijn bakfiets en spoelde er zijn melkbussen schoon. Melk werd in die jaren nog aan de deur bezorgd.
Als de melkboer bezig was bij zijn schuur, konden ze in de hof spelen. Dan durfde juffrouw Jansen niet te schreeuwen. Melk liet ze nooit thuis bezorgen.
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten