dinsdag, juni 04, 2013

Literair dagboek: Cyprus (2)


Zondag, 5 april 2009:
Nicosia
Gisteravond met een broodje zalm, een glaasje wijn en de pijp tot kwart voor elf gelezen in de bar. Er zaten een paar zwaar getatoeëerde types met twee meiden die zo uit een pornofilm waren weggelopen: ultra korte rokjes, knielaarzen met stilettohakken, nietsverhullende decolletés. Alleen de handboeien en de zweepjes ontbraken. Ik bleef stoïcijns doorlezen en roken.

Het gekerm dat met regelmatige tussenpozen over de stad is te horen komt van de imams, die de oproep tot gebed krachtig elektronisch versterkt laten uitgaan van de minaretten. Ik werd er vanmorgen om vijf uur wakker van, maar sliep daarna direct weer in.

Wat is die zonnebrandcrème stroef, dacht ik, toen ik het op mijn gezicht smeerde. Bleek dat ik de tandpasta had staan uitknijpen.

Maandag, 6 april:
Nicosia
'Wat vermoeid.' Na een lang bezoek aan bezet Cyprus nog een fors programma in het hotel. Introducties, lezingen, discussie. Daarna mooie Cypriotische liederen door leerlingen van een muziekschool. Ik herkende veel, dacht aan Stella, raakte ontroerd. Beeldschone meisjes, een engelenkoor. Daarna een maaltijd met veel wijn en vervolgens doorgezakt. Werd midden in de nacht wakker. Op bed, met mijn kleren nog aan.

Het kasteel van St. Hilarion was spectaculair, vooral het uitzicht over de pas en over de zee richting Turkije. Kyreneia viel wat tegen. Een schilderachtig haventje, maar te veel eentonige, saaie nieuwbouw. Dankzij Britse projectontwikkelaars die onbekommerd bouwen in bezet gebied, veroordelingen door het Europese Hof ten spijt. Bellapais, waar we een uitstekende lunch hadden, was even romantisch als ik me bij het lezen van Durrell's Bitter Lemons had voorgesteld. Je voelde er de geschiedenis. In St. Hilarion ook. In het Venetiaanse kasteel van Kyreneia iets minder, door de knullige tentoonstelling die de Turken er hebben ingericht.

De voorzitter van de Turks-Cypriotische lerarenbond haalde scherp uit tegen de Turkije. 'Vergeet u niet dat wij in een bezet land leven,' begon hij zijn toespraak. Ik had die opmerking eerder uit Grieks-Cypriotische hoek verwacht.

Tijdens een gesprek met onze (Turks-Cypriotische) gids (leraar Engels) verzuchtte hij: 'Ons probleem is al dat achterlijke volk, uit de diepte van Anatolië, dat door Turkije op Cyprus is gedumpt.'

Dinsdag, 7 april:
Nicosia
Mijn darmen spelen op, net als afgelopen zomer op Athos, zij het minder heftig. Het water in Bellapais? De sloot wijn zondagavond? De rauwkost? De sterke afkoeling 's avonds? Gisteren een veel te vet Engels ontbijt genomen, dat kan het ook zijn. Ben zo vooruitziend geweest om pillen mee te nemen. Na twee of drie ben ik meestal weer het ventje.

Even de e-mail bekeken. Een leuk en opbeurend bericht van Annemarie.

Gisteren een boeiende, maar vermoeiende dag in het Ledra Palace, hoofdkwartier van de VN. Het voelt wel goed als je aankomt en zo'n schildwacht je groet. Veel presentaties, te veel eigenlijk, maar allemaal van heel behoorlijk niveau. Wat opviel was de goede wil en vastbeslotenheid van de Turks-Cypriotische sprekers om tot een hereniging van het eiland te komen, maar dit zijn wel allemaal progressieve, sociaal voelende en vredelievende mensen. Er lijkt geen enkele rechts-nationalistische griezel aanwezig. In die kringen, aan beide kanten van de demarcatielijn, wordt een conferentie als deze met afschuw bekeken.

De wereld is deze week weer erg klein. Chrysa Tamisoglu uit Thessaloniki heeft college gelopen bij mijn vrienden Dimitris Charalambous en Sofronis Hatzisavvidis. Jon Ingi Sigurbjornson uit IJsland blijkt de beste vriend van mijn kamergenoot aan de Universiteit van Minnesota, Ragnar Sigurdson. Nog even en ik kom verre familie tegen.

De lunches en koffiepauzes zijn meestal in het fraai gerestaureerde Chateau Status, in de bufferzone, tegenover het Ledra Palace. Achter het Ledra de kazerne van het Britse VN-contingent. Pal ernaast de Griekse ambassade. De sfeer lijkt ontspannen. Als je het bezette gebied in wil wordt er door de Turks-Cyprioten gecontroleerd en krijg je een briefje met een stempel. Bij de doorgang naar vrij Cyprus zitten ze meestal aan de koffie en laten ze je ongehinderd door.

De avondmaaltijd was in Noord-Nicosia, op de achtste verdieping van een hotel. We liepen er heen via de doorgang in de Ledrastraat. Vanwege de darmen weinig gegeten, maar des te gezelliger zitten kletsen met tafelgenoten uit Coïmbra, Enschede en Frankfurt.

©Kees Klok




Geen opmerkingen: