Het is de
laatste dagen druk in de tuin. Kraaien, eksters en merels vliegen
ruziënd af en aan. Dat komt door de perenboom. Vorig jaar zat er
geen peer aan, dit jaar hangt hij vol en nu het fruit begin te rijpen
laten de vogels zich niet meer afschrikken door de cd'tjes die we er
in hebben gehangen. De kraaien hadden als eerste door dat die
reflecties van het zonlicht niets voorstelden. We hebben al twee
plukronden gedaan, maar er hangt nog genoeg in om te smullen. Wij
zijn nogal vogelvriendelijk, vooral in de winter, maar we hebben ons
verheugd in een fatsoenlijke perenoogst. Dan zie je liever geen
vliegende rovers in je boom. Er liggen genoeg peren op de grond om
het hele vogelbestand in de buurt langdurig te voeden, maar nee, daar
moeten de eigenwijze beesten niets van hebben, ze willen wat er nog
aan de takken hangt.
Ik kom niet
veel op de kermis. De meeste attracties interesseren me geen lor, ik
vind het er altijd een niet te harden herrie, er lopen te veel
idioten rond en het geld vliegt uit je zak. Wel was het de enkele
keren dat ik op een kermis kwam altijd prijs. Bij de schiettent. Door
een of andere onbekende oorzaak heb ik, vreedzaam als ik toch ben,
een goede hand van schieten. Na even inschieten, om de
spreekwoordelijke afwijking van de buks te ontdekken, ging de ene
prijs na de andere mee naar huis. In mijn middelbare schooltijd ging
ik in de zomer regelmatig logeren bij een oom en tante op een
boerderij in Strijensas. Daar vormden vogels, die vrijmoedig door de
schuren vlogen, een nog grotere plaag dan die in mijn tuin. Mijn oom
had een luchtbuks en maakte graag gebruik van mijn kwaliteiten als
scherpschutter. De mussen vielen voortduren van het dak of uit de
hanenbalken. Niet dat het veel hielp, er kwamen altijd weer andere,
maar je had in ieder geval het idee dat je iets deed om het leed te
keren.
Later leerde
ik Kees Buddingh' kennen. Buddingh' sloeg zelfs geen muggen dood. Die
werkte hij door het open raam de kamer uit. De katten waren de baas
in huize Buddingh'. Als een kat op Kees zijn stoel zat, ging hij
ergens anders zitten. Ik had het hart niet hem te vertellen dat ik
als puber met plezier de mussen uit de nok schoot. Ik zou het mij nu
ook niet meer in mijn hoofd halen, ik ben in de loop van de jaren
diervriendelijk geworden, al sla ik muggen nog wel dood. Of dat de
invloed van Buddingh' is weet ik niet, misschien is het wel gewoon
een zaak van volwassen, wijzer en beschaafder worden. De meeste peren
zijn geplukt, we kunnen wekenlang stoofpeertjes eten. Tot vervelends
toe. Misschien moeten we die kutvogels daarom toch maar van de rest
laten genieten, als een voorschotje op de winter.
©Kees
Klok
Geen opmerkingen:
Een reactie posten