woensdag, februari 01, 2017

Amerikaanse brief




Lieve Stella,

Het was gisteren alweer de laatste dag van januari. Nu nog even februari door en dan wordt het langzamerhand echt voorjaar. Staan we niet meer met gevoelloze voeten van de kou op de tribune bij FC Dordrecht. Wie zou dat eigenlijk hebben bedacht, voetbal in de winter? Ik heb bij de laatste thuiswedstrijd mijn eigen winterstop nog maar even verlengd. Ik heb wel wat over voor FC Dordrecht, maar bij temperaturen onder de vijf graden blijf ik bij de kachel. Net als gisteren. Nee, Dordt speelde niet, maar ik had me voorgenomen naar de film te gaan, in de onvolprezen The Movies. Toen de tijd was gekomen om op de fiets te stappen, heb ik de deur op het nachtslot gedaan en de open haard aangestoken. Ik lees weer drie boeken door elkaar: A Life in Letters, de brieven van P.G. Wodehouse, Maurits van Nassau van A. Th. van Deursen en Het scheve meisje van Yvon Né. Yvon ken je, je hebt haar weleens ontmoet bij een Ballustradafeestje, toen het blad twintig jaar bestond, meen ik. In november vierden we alweer het dertigjarig bestaan, in de Zeeuwse bibliotheek. Het was een gore, natte, winderige dag, maar de bibliotheek wist het water buiten te houden. Ook al ligt het bibliotheektheater deels onder de waterspiegel, in het kanaal. Zo'n beetje als het Groninger Museum, maar minder kleurrijk.

Een paar dagen geleden werd het resultaat bekend van een studie naar de gevolgen van een dijkdoorbraak op het Eiland van Dordrecht. Dan loopt de boel onder. Ik sta daar niet van te kijken, jij wel? Wat niet helemaal geruststelt is de ontdekking dat we in het ergste geval vier meter water in de straat kunnen verwachten. Goed dus dat de meeste boeken boven staan. Ik ga vanavond rustig slapen, want de kans dat zoiets gebeurt is één op de tienduizend. Zelfs in 1953 viel het in Dordrecht alles mee. Toen braken de dijken van de Stadspolders op tijd door, zodat de rest van het eiland werd gespaard. Later hebben ze daar een woonwijk gebouwd, niet zo slim, maar die moeten ze dan zonodig maar evacueren, als het ooit... De kans dat Donald Trump de apocalyps ontketent is aanzienlijk groter, maar het kan geen kwaad eens over dit soort zaken na te denken. In de media was het een dag lang een hype, maar daarna werd alle aandacht weer gericht op het Witte Huis en vernemen we er waarschijnlijk nooit meer iets van.

Amerika! Zoals ik je al eens schreef, hebben wij er veel aan te danken. Zonder de VS had ik je hoogstwaarschijnlijk nooit ontmoet. Ik vond die periode aan de Universiteit van Minnesota bijzonder leerzaam. Alleen al om te ontdekken dat het geen land meer was van de onbeperkte mogelijkheden, maar wel van de onbeperkte tegenstellingen, van de onopgeloste sociale problemen en vooral van de angstcomplexen. Wij werden verliefd, maar we vonden dat onze groep internationale docenten en wetenschappers daar (nog) niets van hoefde te weten. We stoorden ons nogal aan het gedrag van een Nederlandse collega geschiedenis die, een paar maanden los van huis en echtgenote, tamelijk opzichtig probeerde iedere vrouw in het gezelschap in bed te krijgen. Natuurlijk, op dat soort seminars en conferenties wordt wat afgeneukt en vreemd gegaan, lees daar Small World van David Lodge maar op na, maar daarom hoef je nog niet opzichtig met je promiscuïteit te koop te lopen. Dat kon die meneer niet op zijn christelijke scholengemeenschap, maar uit het zicht van God en de rector lagen de dingen volgens hem heel anders.

Wij wilden onze omgang een beetje stil houden. Daarom gingen we 's avonds vaak wandelen over de campus. 'Levensgevaarlijk,' vonden onze gastheren. Dat moesten we vooral niet doen. We bleven romantisch langs de oever van de Mississippi slenteren. Later, in New York, liepen we regelmatig 's nachts over straat, maar daar, in de buurt rondom 42nd. Street, stond natuurlijk wel op iedere straathoek een agent en ik geef toe, in de Bronx hebben we ons niet gewaagd, het was tenslotte 1987. Sindsdien hebben ze niet erg hard gewerkt aan sociale verbeteringen, dus het zou mij niets verbazen als het er nog steeds een zootje is. Ik ga er niet kijken. In ieder geval niet zolang Trump president is en misschien wel nooit meer. Er is nog genoeg te zien in Europa. Zolang het nog kan. Zolang Europa nog niet door nationalisme en fascisme is veranderd in een nieuw en nog gruwelijker Joegoslavië.

Amerika! Ik dacht aan te komen in het modernste land van de wereld, maar toen ik op het John F. Kennedy-vliegveld bij de douane stond, begon de stereotype, obesische beambte traag in een enorm dik boek te bladeren om te zien of er wellicht een crimineel of potentiële terrorist voor hem stond, in plaats van in een supersnelle computer te kijken. Brieven van Dordrecht naar Minneapolis en vice versa deden er minstens veertien dagen over, wat herinnerde aan een postkoets, achtervolgd door woeste Indianen. De eerste Indianen die ik zag, zwalkten troosteloos dronken door downtown Minneapolis. 'Daar moet je niet alleen gaan wandelen,' was het advies, 'levensgevaarlijk!' Tja, ze geloofden ook heilig dat waar dan ook in Nederland op iedere straathoek werd gedeald en dat achter bijna elk raam hoeren zaten, altijd met uitzicht op windmolens, tulpenvelden of een schilderachtige gracht met woonboten.

Persoonlijk heb ik, op een nogal indrukwekkend bezoek aan Stillwater prison na (een Amerikaan noemt een bajes een correctional facility, wat op zich al een veelzeggend alternatief feit is), niets gezien van crimineel Amerika. In tegendeel, ik heb vrijwel uitsluitend buitengewoon vriendelijke, gastvrije mensen ontmoet, zij het soms met de wereldvreemdste ideeën. Overal werd God bij gehaald, wat je van veel verantwoordelijkheden ontslaat. Alles wat je niet bevalt of wat je mis laat gaan, schuif je lekker op de wil van het opperwezen. Overal werd je gewaarschuwd voor gevaar. Logisch in een land waar ze elkaar bij duizenden overhoop schieten, al heb ik geen pistool horen afgaan. Soms werd je trots gewezen op de heilige taak van de Verenigde Staten om een lichtend voorbeeld voor de wereld te zijn, maar Nederland en Denemarken konden ze niet uit elkaar houden. Nu goed, hang een blinde kaart van Amerika voor de neus van een Europeaan en vraag dan eens om alle eenenvijftig staten aan te wijzen. En dan had je nog dat anti-rookgezeik, terwijl het wemelde van de dikke, ruftende automobielen. Koffiezetten konden ze evenmin, maar wij reden natuurlijk ook rond in een mooie Buick Century en hadden het eerlijk gezegd behoorlijk naar onze zin in die smeltkroes van malligheden. Als je daar aan denkt zou je haast willen dat Trump als de bliksem van het toneel verdween, maar ja, dan zit je nog met die wolven en beren, ratelslangen en pornosites, televisiedominees en die broeiende, buitenproportionele vulkaan onder het Yellowstone Park.

In gedachten, altijd,

Kees

Dordrecht, 1 februari 2017

Foto: archief auteur

Geen opmerkingen: