In
1998 organiseerden het Nederlands Centrum voor Volkscultuur, het
Meerstens Instituut en het Nederlands Openluchtmuseum een interessant
project. Aan de inwoners van Nederland werd gevraagd een brief te
schrijven over hoe zij de 15e mei hadden doorgebracht. Daardoor
ontstond een beeld van het dagelijks leven los van de koppen in de
krant en de waan van de dag.
Meer
dan 50.000 mensen schreven een brief. Al die brieven vormen een
collectie met een groeiende, historische waarde. Een jaar na het
project verscheen een boek met een kleine selectie uit de brieven.
Het werd op een zonnige meidag gepresenteerd in het Openluchtmuseum.
Stella en ik waren erbij want mijn brief was voor het boek gekozen.
Op 15 mei 1998 hadden we een groep Griekse middelbare scholieren te
gast in Dordrecht, in het kader van de uitwisseling tussen
scholengemeenschap Dordtwyck en de Experimentele School van de
Universiteit van Thessaloniki.
In
mei 2018 is het twintig jaar geleden dat de brieven werden
geschreven. Een mooie aanleiding om het boek te herlezen. Dordtwyck
bestaat niet meer. Niemand verbaast zich meer over het veelvuldige
gebruik van de mobiele telefoon. Facebook en Twitter waren nog niet
uitgevonden. De leerlingen van toen zijn inmiddels ouders van nu.
Stella is overleden en ik ben al ruim zeven jaar uit het onderwijs.
In een aantal brieven wordt 's morgens voor het opstaan aan seks
gedaan. Het komt mij voor dat daar weinig verandering in is gekomen.
Ik
weet niet of ik het boek vijftig jaar na dato weer zal kunnen
herlezen, maar al na bijna twintig jaar is het fascinerend om te zien hoe
wij zijn voortgeraasd door de tijd. Vreemd eigenlijk dat zo'n project
niet iedere tien jaar wordt herhaald.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten