dinsdag, september 22, 2015

De utopie van Ioannis




Aan de stamtafel van Loxias, trefpunt van kunstenaars, studenten en intellectuelen in het centrum van Thessaloniki, wordt niet altijd over de toekomst van Griekenland gepraat, maar wel regelmatig. We zijn met een man of vijf, de avond is nog niet ten einde. Het gesprek gaat over van alles en nog wat, zelfs over voetbal, want ik kan melden dat ik net bericht heb gehad dat FC Dordrecht alweer heeft gewonnen en het nog steeds goed doet in de eerste divisie. FC Dordrecht kennen ze hier alleen vanwege de voetbalpoel, maar nu ik regelmatig verslag doe van het succes, begint mijn club zowaar een tikje populair te worden. Daarna gaat het over het bericht, dat onlangs de ronde deed, dat oud-minister Zochatsopoulos, die een straf uitzit wegens corruptie, uit de gevangenis was ontsnapt. Een bericht dat bij wijze van grap door een radiostation werd verspreid en dat even een kortstondige consternatie veroorzaakte, omdat eerder al de wegens terrorisme veroordeelde Christodoulos Xyros (meerdere malen levenslang) is verdwenen. Die kreeg verlof voor de Kerstdagen, maar keerde niet terug naar de extra beveiligde gevangenis, waar hij zijn straf uitzat.

Onvermijdelijk komen we daarna op de toekomst van Griekenland, bij de vraag: hoe moet het verder? Ioannis heeft daarover een theorie ontwikkeld. Ooit was hij apotheker in Italië, daarna richtte hij boekhandel Loxias op, die inmiddels is uitgegroeid tot boekhandel, uitgeverij en kafeneion. Een vriendelijke, bedachtzame man, die opvalt omdat hij zelden de opgewonden toon aanslaat waarop Grieken meestal discussiëren. Hij noemt het geval Xyros als een van de vele blijken van het falen van de centralistische overheid. Volgens hem heeft de staat nooit goed gefunctioneerd, al vanaf de onafhankelijkheid niet. Naar zijn mening zou Griekenland een bondsrepubliek moeten worden naar Duits model, met vergaande autonomie voor de deelstaten. De federale regering zou in Larissa moeten worden gevestigd, 'om iets te doen aan dat krankzinnige waterhoofd Athene, waar de helft van de bevolking woont.' Athene zou natuurlijk wel de spirituele hoofdstad blijven, meent hij, dat is door de geschiedenis zo bepaald. De federale regering zou zich voornamelijk moeten bezighouden met de buitenlandse politiek en de defensie.

Hij geeft toe dat zijn idee een utopie is, dat het waarschijnlijk nooit zover zal komen, maar hij ziet het centralisme als een belangrijk obstakel in de strijd tegen corruptie en vriendjespolitiek. 'Hoe zou je het land dan willen verdelen?' vraagt Andreas, leraar muziek op een gymnasium. Daarop blijft hij het antwoord schuldig, zo gedetailleerd zijn zijn gedachten nog niet. Er breekt een hevige discussie uit over de toekomstige deelstaten, gevoerd met een ernst alsof Ioannis zijn plannen al zijn gepresenteerd aan het parlement. Ik houd mij er buiten. Ik ben eerlijk gezegd meer iemand van de pen dan van het mondeling debat. Mijn Grieks is soms ook net iets te ontoereikend om nuances te benadrukken. Langzamerhand komt de avond tot een einde. Ik neem afscheid en loop naar de nabije taxistandplaats omdat het te laat is geworden voor de bus. De chauffeur hoort aan mijn accent dat ik buitenlander ben. Hij vraagt waar ik vandaan kom en hoe ik de toekomst van Griekenland zie. Even ben ik in de verleiding om over die bondsrepubliek te beginnen, maar uiteindelijk doe ik er het zwijgen toe.

Eerder gepubliceerd in Griekenland Magazine, zomer 2014

Foto: auteur


Geen opmerkingen: