Ook
op Cyprus zijn er caféhouders
met de vervelende gewoonte rode wijn ijskoud te serveren. Klagen
stuit op onbegrip. Ook wil ik niet de altijd zeikende Nederlander
uithangen. Ik zit in een luisterrijke tuin in de Ermou, Lefkosia. Een
deel van de straat valt buiten de VN-bestandslijn, die de stad nog
steeds scheidt. Daar, waar ooit de Kalverstraat van Cyprus was, staan
alleen nog maar overwoekerde ruïnes, waar katten op ongedierte
jagen.
Terwijl
de wijn opwarmt (het is avond, maar nog zesentwintig graden), klinkt
vanaf de minaretten van de Selimiyemoskee de oproep tot gebed.
Tweehonderd meter verderop, maar via het checkpoint in de Ledrastraat
drie kwartier lopen. Oorspronkelijk een middeleeuwse, gotische kerk
met minaretten. Gebouwd door de Lusignans, die van 1192 tot 1489 over
Cyprus regeerden. Titiaan schilderde de laatste koningin, Catharina
Cornaro, die werd opgeofferd aan Venetiaanse belangen.
Voor
de komst van de Osmanen, in 1570, heette de moskee Agia Sophia, Heilige
Wijsheid. Een begrip dat voor mijn gevoel niet strookt met de
fantasiewereld die religie oproept. Drie engelen gaan een tafel
verder zitten. Een van hen lijkt sprekend op Stella, toen ze
half in de twintig was. Een gelijkenis die opwinding en weemoed
teweeg brengt. Ik wil haar aanspreken, maar de oproep tot gebed
dendert opnieuw over de wijk. Tijd om liever enige wijsheid te
betrachten.
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten