Het
gebouw van mijn lagere school, althans de lagere school waar ik van
de derde tot en met de zesde klas verkeerde, staat op de nominatie om
te worden gesloopt. Er worden minder kinderen geboren in Dordrecht en
het bezuinigingsspook ligt op de loer. Dan wordt de sloophamer
ingeroepen, zoals ook is gebeurd bij het gebouw van de HTS, dat
anders tussen mijn camera en de school had gestaan. De J.W.
Boermanschool roept mooie herinneringen op. Die heb ik al eens
opgeschreven, we gaan nu niet in herhalingen vervallen. Ik vraag me
af wat er voor in de plaats moet komen. Woningen, zoals aan de
overkant op het HTS-terrein? Daar heet het nu de Lanen van Oranje,
maar die lanen zijn nog steeds niet volgebouwd.
Hebben
we in een krimpgemeente als Dordrecht wel steeds meer woningen nodig,
vraag ik mij af. Is het niet verstandiger het bestaande woningbestand
waar nodig op te knappen, zoals in Oud-Krispijn is gebeurd? Ik weet
het niet, ik ben maar een eenvoudig burger die half geïnformeerd
door de stad fietst. Die mooie herinneringen heeft aan een
schoolgebouw dat gloednieuw was toen hij daar in 1959 leerling werd
en het daarom jammer en zonde zou vinden als het verdwijnt. Zoals ik
het ook zonde vind dat het gebouw van de Gemeentelijke Pedagogische
Akademie (toen nog met een k) is afgebroken, nadat het gemeentelijk
pedagogisch onderwijs tragisch was verkwanseld aan de Hogeschool
Rotterdam en Omstreken. Ook dat gebouw was gloednieuw toen ik er in
1968 leerling werd aan de Havo-top. Ik herinner mij een weelderige
studente van de KLOS, de opleiding tot kleuterleidster. Er werden
verkiezingen gehouden voor een leerlingenraad en Marcia had beloofd
dat zij, bij verkiezing, naakt in de schoolvijver zou springen. Zij
werd gekozen en hield woord. Ik weet niet wat de moeder overste van
de kleuterleidsters, juffrouw Brummel, er van dacht. Het waren de
jaren dat er strijd geleverd werd om de broek. Kleuterleidsters
mochten op hun praktijkschool geen broek dragen van juffrouw Brummel,
die uiteindelijk kansloos bleek in die jaren van vrijheid blijheid.
Er
staat nog een schoolgebouw waar ik connecties mee heb op de
sloopkogel te wachten. Ook een gebouw dat nog niet zo gek oud was
toen ik er in 1986 ging lesgeven. Het kloeke Gemeentelijk Lyceum op
de Noordendijk. Ook daar weer plannen voor woningen, waarvan ik mij
afvraag wie er op zit te wachten. Misschien zie ik het wel helemaal
verkeerd en heeft het Sociaal-Geografisch Bureau van de gemeente
harde cijfers waaruit blijkt dat Dordrecht tot de ondergang is
gedoemd als er geen woonhuizen worden bijgebouwd, maar dan weet ik
voorlopig wel een betere plek. Ik zou dat mooie schoolgebouw laten
staan en mijn uiterste best doen om er een university college te
vestigen, of een of andere vorm van hoger onderwijs. Ik zou flink wat
van die lelijke, veelal lege, kantoren op de Spuiboulevard afbreken.
Daar zou het weer de Cornelis de Wittstraat worden die er ooit was,
met nieuwe, bij de stijl van de historische binnenstad passende
woningen.
©Kees
Klok
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten