Dordrecht
benoemt geen nieuwe stadsdichter. Dat meldt De Dordtenaar. De
gemeenteraad wil er niet aan. In het debat kwam Groen Links-raadslid
Ahmet Karapinar tegenover cultuurwethouder Piet Sleeking te staan.
Mijn oud-leerling tegenover mijn oud-klasgenoot. Ik zie dat als een
aardige bijkomstigheid. Ik heb het stadsdichterschap nooit
geambieerd, maar ik waardeer het dat mijn naam in het raadsdebat werd
genoemd. Ik denk dat het Dordtse publiek nu massaal mijn boeken gaat
kopen.
Dordrecht
had ooit een voorbeeldfunctie toen het fenomeen stadsdichter populair
werd. Het was weliswaar niet de eerste stad die een stadsdichter
benoemde, dat was Venlo met Emma Crebolder, maar na de benoeming van
Jan Eijkelboom nam het fenomeen een grote vlucht. Nu hebben we in
Nederland en Vlaanderen een overvloed aan stads-, dorps-, wijk- en
clubdichters. Behalve in Dordrecht dus. Dat de stad zich daardoor een
beetje belachelijk maakt (ook omdat van de kosten nog geen kruidenier
wakker zal liggen) zal de meeste Dordtenaren worst zijn. Wat dat
betreft kun je het raadsbesluit een toonbeeld van democratie noemen.
Toen
Jan Eijkelboom tot stadsdichter voor het leven werd benoemd, was dat
meer om deze landelijk (terecht) hogelijk gewaardeerde
woordkunstenaar in zijn oude dag financieel te ondersteunen, dan
vanuit bekommernis om de poëzie. Vandaar het ruimhartige bedrag van
11.000 euro per jaar. Dat Jan zich buitengewoon goed van zijn taak
kweet, leverde de gemeente een veelvoud van dat bedrag aan positieve
publiciteit op. Tel uit je winst. Zijn opvolgster, Marieke van
Leeuwen, benoemd voor vier jaar, in plaats van voor het leven, moest
het met 5000 euro doen. Ook zij heeft het als stadsdichter uitstekend
gedaan. Tel uit je nog grotere winst. Op haar afscheidsavond was geen
enkele vertegenwoordiger van de gemeente aanwezig. Dat tekent de
belangstelling. Dan moet je je als dichter afvragen of je je tijd en
creativiteit wel moet besteden aan een gemeenschap die het zo evident
niets kan schelen.
Nu
worden dichters ter stede aangemoedigd zich te melden met een vers
wanneer zich een bijzondere gelegenheid voordoet. Iedereen
stadsdichter dus. Wie weet wat er uit voortkomt, maar ik heb wel iets
anders te doen dan paarlen voor de Dordtse zwijnen te gooien. Ik
drink graag een borrel met mijn oude schoolmaatje Piet, maar hij moet
mij vooral niet vragen om een 'gediggie' voor de koning te schrijven.
1 opmerking:
We wisten al dat dit zou gebeuren Kees, want men had direct nadat Marieke aftrad een nieuwe stadsdichter kunnen benoemen. Ik vind het wel jammer want er staan jonge dichters te trappelen om Marieke op te volgen. Vriendelijke groet, Wim.
Een reactie posten