Als
ik Claire vraag waarom ze haar haren zwart heeft geverfd, zegt ze:
'Omdat ik denk dat jij in je donkere periode zit.' Een paar dagen
geleden heeft ze de ramen schoongemaakt, gewassen, zegt ze, omdat de
zon scheen. Je moet de kans grijpen als hij zich voordoet. Ik let
nooit zo op de ramen. Er hangt vitrage voor, want voorbijgangers
hebben met mijn binnenwereld niets te maken. Die beneemt het uitzicht
op aanslag en vervuiling en wat je niet ziet, dat is er eigenlijk ook
niet.
Ik
hoop dat Claire niet op het idee van een voorjaarsschoonmaak komt.
Niet dat die niet nodig is, maar we kunnen nog wel een jaartje
overslaan, vind ik. Alles van zijn plaats halen en weer terugzetten,
ik moet er eigenlijk niet aan denken. Zoals ik ook niet moet denken
aan een verhuizing. Hoe doe je dat met een paar duizend boeken?
Zolang ik leuke buren heb, blijf ik zitten waar ik zit, ook al is dat
op nog geen driehonderd meter van de gevaarlijkste spoorbocht van
Nederland, waar iedere nacht treinen vol chloor en ander gif langs
denderen. Uit dankbaarheid dat wij dat toestaan in Dordrecht, heeft
de NS besloten het aantal intercitytreinen naar de stad drastisch te
verminderen.
De
voorjaarsschoonmaak, die herinner ik mij uit mijn kinderjaren. Zelfs
het papier dat de planken in de voorraadkast bedekte, werd dan
vervangen. Dagenlang was het een zootje in huis. Mijn moeders zussen
kwamen altijd helpen, zoals mijn moeder dat bij hen deed. Een huis
vol gekwek en gelach, dat wel. Weken waren ze ermee zoet. Niks tegen
Claire zeggen, denk ik maar, anders heb je net al het kristal
tevoorschijn gehaald en herinnert zij zich dat ze de komende week
thuis het kind heeft, zodat ik nog langer onthand ben. Ze moet dat
zwart er trouwens maar zo snel mogelijk laten uitgroeien.
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten