Behalve
vrienden die te jong doodgaan, vallen ook allerlei iconen uit mijn
jeugd weg. Nu Mies Bouwman weer. Van sommige mensen denk je dat ze
onsterfelijk zijn, ook al treden ze niet meer voortdurend op de
voorgrond. Steeds voel je je verraden als zo'n overlijden bekend
wordt. Het is nogal onnozel in iemands onsterfelijkheid te geloven,
maar geef ze de kost wie het niet stilletjes doet.
Lang ook heb
ik in mijn eigen onsterfelijkheid geloofd. Tot ik bijkwam in een
ziekenhuis, met twee fantastisch mooie verpleegsters aan mijn bed. Ik
weet nog steeds niet of ik hen heb gedroomd of dat ze er werkelijk
waren. Ik heb ze in die kleine week in het lazaret niet meer gezien.
Misschien
was dat maar goed ook. Ik was van plan met een van hen te trouwen,
maar ik zou niet hebben kunnen kiezen. De ene had rood haar, de
andere zwart. Ik kan nooit kiezen tussen rood en zwart. Het begon
ooit in een gehucht op het schiereiland Wirral, onder de rook van een
chemische fabriek. Rood en zwart wisselden elkaar in mijn leven
voortdurend af. Als ik het er met Claire over heb, lacht ze. 'Dat
bedoel ik nou. Daarom verf ik dat rood af en toe zwart.' Claire,
misschien was zij het wel aan dat bed. In duplo.
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten