donderdag, februari 15, 2018

Bedenksel



Soms krijg ik zomaar een opwekkende gedachte. Bijvoorbeeld: dit jaar bereik ik, als het lukt, dezelfde leeftijd als waarop Kees Buddingh' in 1985 overleed. Of: ik ben nu even oud als Jacob van Lennep toen hij dood ging. Ik denk ook weleens: mijn moeder is negentig geworden en in haar lange leven alleen de laatste zes weken ernstig ziek geweest. En: als ik thuis was geweest toen ik twee jaar geleden een hartstilstand kreeg, had ik dit stukje niet geschreven. Het leven hangt van toevalligheden aan elkaar, al lijkt dat een dooddoener. Wij zijn niet tevreden met dooddoeners, wij willen uitleg, een verklaring, we zoeken naar het waarom achter de dingen. Dat is zoeken naar iets in een volkomen lege lade.

Onbevredigd na dat zoeken, verzinnen we een verklaring: een god, of de natuur, of beiden in een. In ieder geval neemt de fantasie het daar over. Wij mensen geloven in onze eigen bedenksels. Dat kan zulke extreme vormen aannemen dat we ons gaan kleden naar de voorschriften die we denken dat ons bedenksel voor ons heeft bedacht, dat we mensen met afwijkende bedenksels gaan minachten, dat we bereid zijn om wie onze bedenksels niet accepteert te doden.  

Zou de ziel ook een bedenksel zijn? Ik denk het wel, maar ik weet het niet. Ik vind niets in die lege lade waarin ik almaar aan het zoeken ben. We merken het vanzelf wel als het licht uitgaat. Niemand weet wat er wacht achter die deur en daarom vragen we ons bedenksel om raad. Bedenken we er prachtige dingen bij om onze angst en onzekerheid te bezweren, zoals een paradijs, en kwellingen voor de slechteriken die onze bedenksels niet delen: de hel. Het menselijk vermogen tot fantaseren is eindeloos, het vermogen tot zelfbedrog ook. Er waren ooit mensen die geloofden in de onsterfelijkheid van Lou de Palingboer.

In de jaren tachtig werkte ik als docent op een Dordtse mavo. Het waren roerige tijden. Ruud Lubbers, het Bedenksel hebben zijn ziel, zo die bestaat, en zijn kabinetten waren bezig de kwaliteit van het onderwijs af te breken met verschrikkelijk kortzichtige bezuinigingen en veel leed veroorzakende scholenfusies. Wij hadden een directeur die het motto koesterde: maak je nooit zorgen om een probleem dat er nog niet is. Waarom dus zou ik mij druk maken over wat er na dit leven komt? Straks komt Claire en misschien gaan wij dan de liefde bedrijven, maar ook Claire kan zomaar een bedenksel blijken.

Foto: auteur




Geen opmerkingen: