Op
een dag zag ik een oude man omvallen. Ik was op weg naar de mavo
waaraan ik toen lesgaf. Met een collega die net aan kwam fietsen heb
ik hem opgeraapt. Hij was niet gewond, rook niet naar drank, maar
sloeg wartaal uit. Wat moesten we met een man die zijn naam niet
wist?
In
een nabije bloemenzaak mocht hij op een stoel zitten. Ze zouden een
taxi bellen. Mij wachtte een overvolle klas. Daar zat een verlegen,
tenger meisje in met bruin haar. Jaren later werd ze veroordeeld voor
het doden van haar kind, dat was gevonden aan de rand van het
Veluwemeer. In dezelfde klas zat ook een vrolijk, Spaans meisje dat
naar een open dag ging en op het metrostation Zuidplein door een
amokmaker werd doodgestoken.
Ik
was nog op tijd op school, net bij het rinkelen van de bel. Ik hield
mijn leerlingen weleens voor dat ze hard moesten werken. Dat zou
leiden tot een diploma en een goede baan. Er werd veel gelachen. Ik
schoot krijtjes in het rond en klopte de bordenwisser uit op de
blonde krullen van Anne. Zij kneep een spons uit boven mijn hoofd,
toen ik iets op het bord schreef. Anne, een stoere, hartverwarmende
meid, die dagelijks haar kinderen aflevert op de school waar ik
tegenover woon.
Foto: Facebook Mavo-Krispijn
Geen opmerkingen:
Een reactie posten