maandag, maart 19, 2018

Reisbrief (I)




Lieve Stella,

Ik bevind mij in de Station Tavern in Cambridge, een etablissement met uitzicht op een lange rij paraplu's, die allemaal staan te wachten op een taxi. Voorlopig zit ik aan een enorme kom cappuccino. Ik ben veel te vroeg voor mijn hotel, waarin ik volgens de officiƫle mededelingen pas na 14.00u mijn kamer kan betrekken. Ik heb een hele Engelse regendag voor me, wat een luxe! Je kunt hier ook uitgebreid ontbijten, maar dat heb ik vanmorgen heel vroeg al gedaan, aan boord van de veerboot uit Hoek van Holland.

Het vergt nogal wat om duur te kunnen reizen. Ik bedoel: als ik met het vliegtuig had gereisd, was ik een vijfde van nu kwijt geweest en was het een stuk sneller gegaan, maar ik wilde op mijn gemak, zonder haast, zonder naast wildvreemden in een sigaar gepropt te zitten en zonder dat nerveuze gedoe op zo'n luchthaven. Ik dacht dat er, zoals in een beschaafd land hoort, een fatsoenlijke treinverbinding was tussen Rotterdam en de veerhaven in Hoek van Holland. Ik had moeten luisteren naar Radio Rijnmond. Dan had ik geweten dat de spoorverbinding is opgeheven en dat de in het vooruitzicht gestelde metrolijn vanuit Schiedam nog bij lange na niet klaar is. Bij de aanleg is alles tegengelopen, wordt beweerd. De kosten zijn inmiddels een veelvoud van wat er is begroot. Fijn voor de belastingbetaler, maar dat is eerder gebruik in Nederland dan uitzondering. Zelfs het geplande fietsbruggetje tussen de Dordtse wijk Stadswerven en het centrum dreigt miljoenen duurder uit te komen dan berekend.

Vanaf Schiedam moest ik verder met een bus. Die deed zijn best de afstand snel te overbruggen, ik moest er bij de volgende halte, een klein half uur later, alweer uit, maar het was wel een stadsbus, zonder enige faciliteiten voor bagage. Gelukkig had ik alleen maar een rolkoffertje en een rugzakje bij me, maar je zou voor een langer bezoek met een gezin op stap zijn. Mijn bagage is weer wel te zwaar, want behalve de e-reader heb ik toch ook maar Fallen Leaves van L.H. Wiener en de nieuwste dichtbundel van Kira Wuck bij me, plus nog wat boeken voor de weggeef. Wiener & Wuck voor inspiratie en genot. Ooit zag ik de spreuk Genot door Voorzorg op een huis in, ik meen, Brandwijk, tijdens een wandeling met Guus de Landtsheer.*

De rij bij de taxistandplaats is inmiddels wel geslonken, maar ik ben nog steeds te vroeg voor het hotel. Misschien had ik er verstandiger aan gedaan met de dagboot over te steken, daar heb ik eigenlijk niet aan gedacht. Ik ben nog nooit met de dagboot naar Engeland gevaren en dan moet je je bagage inchecken en daar had ik geen zin in. Alles onder de eigen veren, dat is het veiligst. Eenmaal in de trein, zag ik dat het laag water was. Een droefmakend gezicht, al die modder, 'Dat komt ervan als je Brexit wil,' dacht ik. In Harwich zou ik mijn vooruitbestelde spoorkaartjes afhalen op het treinstation, maar het internet weet nog niet dat het loket daar in januari is afgeschaft. Ik moest naar een automaat en die automaat was 'out of order.' In plaats van het loket was er een mevrouw om verwarde bootreizigers op het goede spoor te brengen. 'Reist u maar op uw reserveringsbevestiging, meneer.' Ik zag de problemen met een niet begrijpende conducteur al voor mij, maar die liet zich niet zien tot Manningtree, waar ik moest overstappen. Manningtree, ik had er nog nooit van gehoord, maar daar was wel een loket, met een vriendelijke meneer die mij glimlachend mijn kaartjes ter hand stelde. Voor de rest van de reis, overstappen in Ipswich, zat ik gebakken.

(Wordt vervolgd)

Foto: Kees Klok

* Oud-collega aan het Stedelijk Dalton Lyceum, Dordrecht.




Geen opmerkingen: