dinsdag, september 04, 2012

Navelstaren


In de tijd dat ik nog geschiedenisles gaf, begonnen wij in de brugklas met de prehistorie. De oermens ging er altijd gretig in. Van de missing link tot de homo sapiens. In feite weten we bar weinig van de oermens, simpelweg omdat er geen schrift was waarin zijn gedachten voor het nageslacht waren vastgelegd. We weten dat hij niet al te dom was en zowel het wiel als het maken en gebruiken van vuur heeft ontdekt, al heeft dat wel allemachtig lang geduurd. Sommige aftakkingen van de homo sapiens zijn trouwens nooit aan de uitvinding van het wiel toegekomen. Dat bleek bij de ontdekking van Amerika in 1492.

De oermens begon als jager en verzamelaar, leren alle geschiedenisboekjes, die in het onderwijs merkwaardigerwijs methoden worden genoemd. Methode wijst op de vorm waarin het onderricht wordt gegoten, niet op de inhoud. Geschiedenis is een vak dat het best onderricht kan worden door het vertellen van spannende verhalen. Ik ben mijn hele loopbaan lang als leraar belaagd door mensen die zich onderwijsvernieuwers noemden en die mij kostte wat het kost van mijn verhalende methode wilden afbrengen. Termen als groepswerk, ontdekkend leren, zelfwerkzaamheid, bleven almaar rondzingen. Jarenlang hamerden de schoolleiding, de daltoncommissie en horden buitenschoolse tetteraars op het belang van vaardigheden. Dan kwam de kennis van het vak vanzelf wel, dachten ze. Ik geef toe dat je niet ver komt als je niet kunt schrijven en niet goed kunt lezen, terwijl het ook handig is om dingen als feiten en meningen van elkaar te kunnen onderscheiden. Dat dient de basisschool je te leren en later de docent Nederlands en, vooruit, die van dat uurtje studieles in de brugklas. Waarom leerlingen tegen heug en meug als kleine historici in spé allerlei gegoochel met bronnen moeten uithalen, bronnen die ze menigmaal niet in de context kunnen plaatsen of eenvoudigweg niet snappen, begrijpt deze echte historicus nog steeds niet. De middelbare school als kloon van de universiteit, daar hebben we uiteindelijk die fantastische lerarenopleidingen aan overgehouden, waar kennis van de geschiedenis van gering belang wordt geacht, maar waar 'reflecteren op jezelf' en het aanleggen van dikke dossiers met vage lulpraat het hoogste goed zijn.

De oermens werd van jager en verzamelaar, en dus nomade, uiteindelijk boer met een vaste woon- of verblijfplaats. Er ontstonden verschillende beroepen en er werden tal van nuttige uitvindingen gedaan, die werden aangewend om rijkdom te vergaren of elkaar de hersens in te slaan. Het schrift ontstond. We kunnen daardoor proberen na te gaan wat de mens vroeger voelde en dacht. De historie werd geboren. Over heel dat proces dat zich vanaf een paar duizend jaar geleden tot nu voltrok, vallen de spannendste, grappigste en treurigste verhalen te vertellen. Dat heb ik gedaan. Al die jaren dat ik leraar was, terwijl ik de vernieuwers in het bos liet huilen. Historie, van het Griekse ιστορία, betekent oorspronkelijk het vertellen van verhalen. Een historicus is allereerst een verteller van verhalen. Geen beklagenswaardige zonderling die 'op zichzelf reflecteert,' die, in andere woorden, naar zijn navel zit te staren.

©Kees Klok


Geen opmerkingen: