Op
de radio raadt iemand een actuele klimgids aan. Ik moet denken aan
een collega die ik korte tijd had. Haar naam en het vak dat ze gaf,
weet ik niet meer. Het was een fragiele, jonge vrouw. Bergbeklimmen
bleek haar liefhebberij. Aan rotswanden hangen met van die haken en
touwen en een ijzingwekkende diepte onder je. Haar droom was ooit de
Mount Everest beklimmen. Haar droom is mijn nachtmerrie.
Zo'n
gids blijkt nodig omdat door de klimaatverandering de bergen uit
elkaar beginnen te vallen, zegt de man. Er staat in waar het
gevaarlijk is, zodat je bent voorbereid op neerkomend gesteente. In
de hoofdweg tussen Athene en Thessaloniki is een nauw gedeelte door
een diepe vallei, de Tempivallei. Een paar jaar geleden werden daar
enkele auto's geplet door een neerstortend rotsblok. Doden en
gewonden, consternatie op de televisie en een dagenlang gestremde
weg.
Ik
weet niet of ik ooit nog in de bergen ga wandelen. Mijn hoogtevrees
heeft verontrustende vormen aangenomen. Zelfs het keukentrapje begint
eng te worden. Wij hebben niet te kampen met vallende stenen, maar
met rijzend water. Stel dat de dijken het begeven. Dan moet ik mijn
dak op, iets wat ik in de vijfendertig jaar dat ik in dit huis woon,
nooit heb gedurfd. Ondanks die handige brandtrap, ben ik dan
reddeloos verloren.
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten