maandag, november 13, 2017

Dromen



In de jaren tachtig, grofweg tussen dat het uit ging met Marion en aankwam met Marjan, had ik regelmatig akelige dromen. De droom die het meest voorkwam, ging zo:

Ik was in gezelschap van koningin Beatrix op staatsbezoek bij een Papoeahoofdman op Nieuw-Guinea. Aan het banket droeg de koningin inlandse kleding, dat wil zeggen dat ze het bovenlichaam bloot had. Haar borsten, erg bruin, stonden op een abnormale manier naar opzij. Tijdens het diner zag ik dat een grote, fel groen en geel gekleurde slang langzaam langs de poot van mijn stoel omhoog kroop. In paniek sprong ik op, gooide de stoel van mij af en rende naar de andere kant van de hut. Langzaam en kaarsrecht gleed de slang tegen de wand onhoog. De rest van het gezelschap bleef volkomen kalm. De hoofdman wees me op een geladen luchtbuks die aan de wand hing. Ik nam de buks, richtte en schoot de slang in de kop. Die was nog niet helemaal dood, maar hij begon langzaam, en nog steeds kaarsrecht, van de muur af te vallen, in mijn richting.....

Ik zocht panisch naar een nieuw kogeltje om de buks te laden. Ondertussen kwam een spiernaakte Miranda H. (een leerlinge) door een deur links van mij binnen met de woorden: 'Ik zal je wel even helpen.' Ze pakte de slang op, liep naar me toe en wilde hem met een snelle beweging in mijn gezicht duwen. Toen hij zo dichtbij was dat ik zijn tong kon voelen, zag ik kans het ondier achter de kop te grijpen en van mij af te werpen.

Op de zondagsschool, die ik niet kon ontlopen omdat mijn eigen vader er lesgaf, hadden we enige tijd een juffrouw met een horrelvoet. Horzelvoet, zeiden wij. Ze kon mooi vertellen, al leidde die voet soms af. Het verhaal ging dat ze in haar jeugd polio had gehad, kinderverlamming. Dat kreeg je als je ouders zo achterlijk waren om je niet te laten inenten.

De juffrouw met de horzelvoet vertelde ons het bijbelverhaal van Jozef en de vrouw van Potifar. Jozef was een rechtschapen jongeling, die door zijn ontaarde broers als slaaf was verkocht. Zo kwam hij, als ik het mij goed herinner, in huis bij Potifar, wiens vrouw terstond geil werd op het knaapje. Jozef weigerde het wijf aan te raken, dat wraak nam door hem bij Potifar aan te geven wegens seksueel grensoverschrijdend gedrag. Jozef kwam in het gevang, waar hij dromen uit ging leggen. Ook die van de farao en zo maakte hij onverwacht een mooie carrière in het Egyptische staatsapparaat. Ik ken niemand die mijn droom zou kunnen uitleggen. Wel moet ik vaak denken aan het verhaal van Jozef, als ik lees wie er nu weer op de proscriptielijst van de eigentijdse moraalfetisjisten is beland.


Afbeelding: Lucas van Leyden - Jozef en de vrouw van Potifar (1512). Museum Boijmans van Beuningen.


Geen opmerkingen: