In
de jaren tachtig, grofweg tussen dat het uit ging met Marion en
aankwam met Marjan, had ik regelmatig akelige dromen. De droom die
het meest voorkwam, ging zo:
Ik was in
gezelschap van koningin Beatrix op staatsbezoek bij een
Papoeahoofdman op Nieuw-Guinea. Aan het banket droeg de koningin
inlandse kleding, dat wil zeggen dat ze het bovenlichaam bloot had.
Haar borsten, erg bruin, stonden op een abnormale manier naar opzij.
Tijdens het diner zag ik dat een grote, fel groen en geel gekleurde
slang langzaam langs de poot van mijn stoel omhoog kroop. In paniek
sprong ik op, gooide de stoel van mij af en rende naar de andere kant
van de hut. Langzaam en kaarsrecht gleed de slang tegen de wand
onhoog. De rest van het gezelschap bleef volkomen kalm. De hoofdman
wees me op een geladen luchtbuks die aan de wand hing. Ik nam de
buks, richtte en schoot de slang in de kop. Die was nog niet helemaal
dood, maar hij begon langzaam, en nog steeds kaarsrecht, van de muur
af te vallen, in mijn richting.....
Ik
zocht panisch naar een nieuw kogeltje om de buks te laden.
Ondertussen kwam een spiernaakte Miranda H. (een leerlinge) door een
deur links van mij binnen met de woorden: 'Ik zal je wel even
helpen.' Ze pakte de slang op, liep naar me toe en wilde hem met een
snelle beweging in mijn gezicht duwen. Toen hij zo dichtbij was dat
ik zijn tong kon voelen, zag ik kans het ondier achter de kop te
grijpen en van mij af te werpen.
Op de zondagsschool,
die ik niet kon ontlopen omdat mijn eigen vader er lesgaf, hadden we
enige tijd een juffrouw met een horrelvoet. Horzelvoet, zeiden
wij. Ze kon mooi vertellen, al leidde die voet soms af. Het verhaal
ging dat ze in haar jeugd polio had gehad, kinderverlamming. Dat
kreeg je als je ouders zo achterlijk waren om je niet te laten
inenten.
De juffrouw met de
horzelvoet vertelde ons het bijbelverhaal van Jozef en de vrouw van
Potifar. Jozef was een rechtschapen jongeling, die door zijn ontaarde
broers als slaaf was verkocht. Zo kwam hij, als ik het mij goed
herinner, in huis bij Potifar, wiens vrouw terstond geil werd op het
knaapje. Jozef weigerde het wijf aan te raken, dat wraak nam door hem
bij Potifar aan te geven wegens seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Jozef kwam in het gevang, waar hij dromen uit ging leggen. Ook die
van de farao en zo maakte hij onverwacht een mooie carrière in het
Egyptische staatsapparaat. Ik ken niemand die mijn droom zou kunnen
uitleggen. Wel moet ik vaak denken aan het verhaal van Jozef, als ik
lees wie er nu weer op de proscriptielijst van de eigentijdse
moraalfetisjisten is beland.
Afbeelding: Lucas van Leyden - Jozef en de vrouw van Potifar (1512). Museum Boijmans van Beuningen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten