Was het
wijlen Marko Fondse niet, die Griekenland bestempelde als één
groot gekkenhuis, maar wel een prettig gekkenhuis? Als ik mij vergis
word ik graag verbeterd, maar zoiets staat me bij. Marko kon het
weten, want hij woonde een tijd op het eiland Hydra. Soms ben ik
geneigd het met hem eens te zijn. Bijvoorbeeld als ik zie hoe veel
Grieken zich in het verkeer gedragen. Alleen vervalt bij mij dan het
bijvoeglijk naamwoord. Prettig is dat gedrag allerminst. Griekenland
heeft tegenwoordig een stelsel van prachtige snelwegen (het geld dat de EU en anderen in het land hebben gepompt wordt, in tegenstelling tot
wat sommige Nederlandse kranten schrijven, ook vaak ten goede
aangewend), maar toch zijn de Grieken nog steeds Europees kampioen
verkeersdoden en -gewonden. 'De oorlog op het asfalt heeft weer vijf
slachtoffers geëist,' hoor je dan in het televisiejournaal.
De vorige
regering werd vooral in beslag genomen door pogingen te voldoen aan
de onmogelijke eisen die IMF en EU stellen om het zinkende schip
financieel boven water te houden. Toch dacht zij weleens aan iets
anders. Aan de oorlog op het asfalt. Veel ongelukken worden
veroorzaakt door onoplettende automobilisten, was de redenering. Daar
zat iets in. Een vriend van mij raakte zwaar gewond, toen hij op een
zebra werd geschept door een chauffeur die door rood reed omdat hij
druk doende was een sms-je te verzenden.
Een mobiel
gebruiken terwijl je rijdt is verboden, maar heel veel mensen trekken
zich daar niets van aan. Als ik bij de bushalte sta, probeer ik
weleens te turven hoeveel chauffeurs langsrijden met de telefoon aan
het oor. De bus gaat om de tien minuten. Als hij voor mijn neus
wegrijdt, haal ik hoge aantallen. Soms raak ik de tel kwijt. Dat is
niet typisch Grieks. Een paar dagen geleden stond op Facebook een
foto van een Dordtse politieagent, die al bellend achter het stuur
van de dienstwagen een kruispunt overstak. Typisch Grieks is wel dat
men denkt
dat de pakkans zo gering is, dat je rustig kunt bellen, sms-en en
misschien ook nog wel Facebooken achter het stuur. Gisteren belde de
chauffeur van mijn overvolle bus even naar zijn vrouw. Ik kon het
gesprek niet volgen, maar ik ving het woord giatros
op. Dat betekent dokter. Je hebt ook het woord psychigiatros.
Dat betekent psychiater en daar zouden ze zo'n chauffeur naartoe
moeten sturen. In dat geval is de kans groot dat de vakbond boos
wordt en dan ligt het busvervoer weer eens vierentwintig uur stil.
Het gedrag van de vakbonden valt ook binnen de gekkenhuiskwalificatie
zonder bijvoeglijk naamwoord. Over een paar dagen sluit Griekenlands
laatste staalfabriek definitief zijn deuren, omdat er al negen
maanden wordt gestaakt en de eigenaar het zat is.
Dit
keer had de minister iets anders bedacht. Er kwam een wet die alle
reclame- en uithangborden verbood. Die zouden automobilisten te veel
afleiden. Ook daar zat iets in. Langs de wegen was het vergeven van
de billboards en daarop werd nogal eens reclame gemaakt voor dit of
dat, door uitdagend of nauwelijks geklede, mooie, jongedames. Ik kijk,
lesbisch als ik ben, ook liever naar zo'n dame dan naar de
vrachtwagen voor mij en aangezien hardrijden hier een nationale
verslaving is, heb je dan al gauw kans op brokken en rondvliegende
lichaamsdelen. De billboards en uithangborden moesten massaal
verdwijnen. Daar zag de politie op toe. Hier in de stad de
gemeentepolitie. Die kwam ook bij Y. aan de deur. Het uithangbord met
daarop de naam van zijn boekhandel, annex kafeneion, moest van de
gevel. Y. liet dat op zijn beloop. Tenslotte kreeg hij een boete
wegens het in het gevaar brengen van het verkeer. Daarna schroefde
hij het bord eraf. Zijn zaak ligt als sinds jaar en dag halverwege
een van de weinige wandelstraten die Thessaloniki rijk is, maar in
het gekkenhuis is de wet af en toe werkelijk de wet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten