zondag, september 03, 2017

Namaakpolitie



Toen ik nog op de Vrieseweg woonde, liep de stoep vanaf het Vrieseplein enigszins af. We noemden dat 'de hol.' Ik reed er als kleuter met mijn driewielertje graag vanaf. Beetje vaart maken en dan voeten van de trappers. Met de wind mee reed je zomaar een paar meter door. Op de hoek was een filiaal van De Gruyter, de concurrent van mijn opa. Wie daar kocht was een verrader. Zulke mensen moest je omver rijden. Dat durfde ik niet.

In de eerste van de mulo keek ik weleens jaloers naar de brommers van oudere jongens, in het fietsenhok achter de school. Die jongens deden daar ook andere dingen dan hun brommer stallen. Dan stonden wij op de uitkijk. Als er een leraar aankwam moest je fluiten en kreeg je een stiekeme sigaret. Ik kon niet wachten om zestien te worden, maar het werd een derdehands mobyletje in plaats van een Zundapp of een Kreidler.

Ik fiets alweer jaren. Op een gewone fiets. Aan een elektrische ben ik voorlopig nog niet toe. Die kunnen hard, maar lang niet zo hard als de motoren en quads die op mooie zomernamiddagen loeiend langs het terras van mijn stamkroeg scheuren. Soms sukkelt het autootje van Handhaving er achteraan. De namaakpolitie houdt zich braaf aan de limiet van dertig kilometer per uur.

Foto: archief auteur



Geen opmerkingen: