Onlangs
stapte ik tegen half negen 's avonds de deur uit om even bij vrienden
koffie te gaan drinken. Omdat de dagen korter worden, was het al
donker. Door dat donker liep een man op mij af. Een donkere man, die
met zachte stem 'goedenavond' zei. Hij gaf mij een brief. De postbode
op zijn zeer verlate ronde. Ik kan mij de tijd herinneren dat de
postbode 's morgens langskwam en daarna in de loop van de middag nog
een keer. Tegenwoordig moet je blij zijn als er een postbode
komt en als die kan lezen en schrijven. Vooral lezen. Nog niet zolang
geleden hadden we een vaste buurtbode en op zaterdag een bijklussende
student. Nu zie je steeds iemand anders, die soms niet eens weet in
welke straat hij of zij aan het bezorgen is, of die een probleem
heeft met het uit elkaar houden van de postcodes. Ik ken nog wel een
paar capabele bestellers, maar die zitten tegen de
pensioengerechtigde leeftijd. Als die opstappen of er bij de volgende
reorganisatie uit worden gegooid, is de verloedering van wat eens
onze door en door betrouwbare PTT was compleet. Ik groette de
vriendelijke man terug en zag dat hij de brief op het juiste adres
had bezorgd. Even voelde het of ik een lot in de loterij had
gewonnen.
Vanmorgen
was er een longarts op de radio, die fulmineerde tegen het roken. Ik
dacht aan Theodoros, een longarts die ik weleens spreek in een Grieks
café. Altijd met een sigaret. 'Onzin,' zegt Theodoros, 'van roken
krijg je geen longkanker, maar als je er aanleg voor hebt, is het wel
een katalysator.' In de correct bezorgde brief schrijft het
ziekenfonds dat het eigen risico fors omhoog gaat. Na de longarts
kwam er een andere gezondheidszorger, die pleitte voor een verbod op
frisdrank, omdat daar te veel suiker in zit. Zelfs in frisdrank
light. In ieder geval moeten van hem de frisdrankautomaten
onmiddellijk de scholen uit. Wij hadden op de middelbare school geen
frisdrankautomaat. In de pauzes liepen we naar de kruidenier op de
Noordendijk of naar de bakker op de Singel. In de drukte vergaten we
weleens iets af te rekenen en onderweg rookten we een peuk, want dat
mocht niet in de nabijheid van de school. Dat krijg je van verbieden.
Puddingbroodjes waren overigens populairder dan cola. Cola raakten we
nauwelijks meer aan nadat de scheikundeleraar een keer had laten zien
wat het met roestige schroeven deed. Ik ken een paar mensen die
worstelen met hun gewicht. Toch slaan ze liters cola per dag naar
binnen, waarbij zij zichzelf bedotten met het predikaat 'light.' Dan
kan er nog wel een glas extra naar binnen, denken ze.
De enkele
keer dat ik geen alcohol drink, pers ik een paar verse sinaasappels,
want ik ben een model gezondheidsfreak. Ik begin de dag met een bakje
Brits paardenvoer in magere melk, loop of fiets een uur, eet weleens
een druif of een aardbei en rook bij de koffie ontspannen een pijp of
een sigaar. Ook bak of braad ik alles wat ik bak of braad in
olijfolie. Griekse olijfolie, die ik voor een heel schappelijke prijs
koop bij de slager op de Reeweg Oost. Op een dag ga ik dood. Wanneer
en waaraan moet nog blijken. Het kan het verkeer zijn, een vliegtuig
dat te vroeg naar beneden komt of het keukentrapje, maar het zou mij
niets verbazen als het de gore industrielucht boven Nederland zou
zijn. Een van de zwaarst vervuilde luchten ter wereld. Het is lang
geleden dat ik daar een longarts, een frisdrankvermaner of een andere
gezondheidsapostel over heb gehoord.
©Kees
Klok