Vlootschouw. Een bonte verzameling schepen en bootjes trekt langzaam aan de stad voorbij. Stoomfluiten daveren, nu en dan schiet een wolk roet de lucht in. Vanuit een helikopter wordt iemand uit het water gevist. Hij slaat het met plezier gade. Morgen en overmorgen zal er weer regelmatig een stoomtrein rijden over het spoor achter zijn huis. De weersvoorspelling is gunstig, het gaat gezellig worden in de stomende en fluitende stad. Daarna even een paar weken pauze tot het mooiste festival van Dordt plaatsvindt. Big Rivers. Drie dagen waarop hij het Eiland van Dordrecht absoluut niet wil verlaten. Hij verheugt zich op de optredens, op de afterparty's in zijn stamkroeg.
Was het maar zo. De stad zit in de ijzeren greep van de angst voor het virus. Langzaam worden de draconische maatregelen (toegegeven, veel buitenlandse overheden grepen nog harder in) wat versoepeld. In een wirwar van regels en besluiten waar zo langzamerhand geen touw aan vast is te knopen en waaraan soms iedere logica ontbreekt.
Reserveren in het café waar hij al drieënvijftig jaar komt. Het is alsof hij in een dolhuis verzeild is geraakt. Mensen die, keurig op afstand, een gebakje eten voor iemands verjaardag krijgen een boete en een strafblad. De minister-president praat het goed. Hij zou de man graag eens een moorkop door het haar smeren.
Foto: auteur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten